20380 |
jongen met wie men verloofd is |
jong:
miene jong (L386p Vlodrop)
|
verloofde [mannelijk] [caresseur] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
18702 |
jongensblouse |
bloes:
uitspraak oe lang
bloes (L386p Vlodrop)
|
jongensblouse, ruime bovenkledingstuk met band of elastiek in de taille [N 23 (1964)]
III-1-3
|
24177 |
jongste vogeltje uit het nest |
krauwel:
kraowel (L386p Vlodrop)
|
jongste vogel uit het nest (kakkenestje) [N 83 (1981)]
III-4-1
|
24623 |
judaspenning |
judaspenning:
eigen spelling
Judaspenning (L386p Vlodrop)
|
Judaspenning (lunaria biënnis). sierplant met grote bladeren en meestal donker roodpaarse, zelden witte, bloemen. De onderste bladeren en die van de rozet zijn diep ingesneden bij de steel en spits aan de top, de bovenste haast ongesteeld. De plant wordt [N 92 (1982)]
III-4-3
|
20075 |
juffertje-in-het-groen |
juffertje:
eigen spelling
jufferkes (L386p Vlodrop)
|
Juffertje in ¯t groen (nigella damascena). De hemelsblauwe bloemen zijn elk omgeven door een omhulsel van zeer fijn verdeelde bladeren; de kokervruchten zijn tot aan de top aaneen gegroeid (bij de wilde nigelle maar tot de helft) (spinnekop, kobbe, juffer [N 92 (1982)]
III-2-1
|
21336 |
juffrouw |
meidje:
meidsje (L386p Vlodrop)
|
hoe spreekt u een ongetrouwde vrouw aan? [juffer, juffrouw, juf, uffrouw] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
17607 |
jukbeen |
koon:
koon (L386p Vlodrop)
|
Jukbeen: het wangbeen onder het oog (koon). [N 84 (1981)]
III-1-1
|
18707 |
jumper |
tricot (fr.):
tricot (L386p Vlodrop)
|
jumper, damesvest met mouwen en knopen [N 23 (1964)]
III-1-3
|
20697 |
jus, vleesnat |
saus:
saus (L386p Vlodrop)
|
Saus of jus (sop?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
18232 |
juweel |
juweel:
juweel (L386p Vlodrop)
|
een geslepen edelsteen die als sieraad dient [juweel, edelsteen, bijou, bagge] [N 86 (1981)]
III-1-3
|