e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vlodrop

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
regenbuitje bijsje: bieske (Vlodrop) licht regenbuitje [smeer, bui, stoes, getsbui, bies, zauwke] [N 22 (1963)] III-4-4
regenen (alg.) regenen: raengere (Vlodrop) regenen [sausen, majemen] [N 22 (1963)] III-4-4
regenjas regenjas: rengerjas (Vlodrop, ... ) damesregenmantel [N 23 (1964)] || regenjas [rusjer, ploensent] [N 23 (1964)] III-1-3
regenpijpen beenpijpen: bijnpiepe (Vlodrop) regenbroek die uit twee delen bestaat [piepe, reegenpiepe] [N 23 (1964)] III-1-3
reinigen (van de hokken) schoonmaken: sjoon make (Vlodrop) Hoe zegt men: het reinigen van de hokken? [N 93 (1983)] III-3-2
reiskoffer koffertje: kufferke (Vlodrop) Het voorwerp van leer, stof, riet om goederen mee op reis te nemen [koffer, valies] [N 90 (1982)] III-3-1
reizen op reis gaan: op reis gaon (Vlodrop), reizen: reize (Vlodrop) een reis ondernemen [reizen, pelgrimmen] [N 90 (1982)] || het gaan van een plaats naar een andere, meestal met een of ander vervoermiddel (reis) [N 90 (1982)] III-3-1
rek schap: schjaap (Vlodrop) Soort kast van latten en planken, zonder deur, om iets in op te bergen, b.v. in de keuken (rek, schap, hang) [N 79 (1979)] III-2-1
rekruut rekruut: rekruut (Vlodrop) een soldaat die net in dienst is [rekruut, groentje, schacht] [N 90 (1982)] III-3-1
relikwie relikwien: rillekwie (Vlodrop) De vereerde overblijfselen van heiligen of zaken die met Christus, Maria of een heilige in aanraking zijn geweest, relieken, relikwieën. [N 96A (1989)] III-3-3