e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L214p plaats=Wanssum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
meidoorn doornstruik: -  dörrestroek (Wanssum), meidoorn: vrucht heet haagappel  meidoorn (Wanssum) meidoorn [DC 13 (1945)] III-4-3
meikever meikegel: meikègel (Wanssum), meikever: meikêver (Wanssum) meikever || meikever, algemeen [DC 18 (1950)] III-4-2
meisje deern: den (Wanssum), dèn (Wanssum), dolletje: dölleke (Wanssum), maagdje: megje (Wanssum), mègje (Wanssum), meid: grotere meisjes  meid (Wanssum), meidje: madje (Wanssum) (meisje;) Zijn er verschillende namen voor kinderen van verschillende leeftijden? [DC 05 (1937)] || meisje || meisje; (Zijn er verschillende namen voor kinderen van verschillende leeftijden?) [DC 05 (1937)] III-2-2
meisje met wie een jongen verkering heeft maagdje: mègje (Wanssum), meid: meid (Wanssum) Hoe noemt men het meisje met wie men verkeering heeft? (Hoe noemt men haar, wanneer men met haar verloofd is?) [DC 05 (1937)] III-2-2
meisje met wie men verloofd is maagdje: mègje (Wanssum), meid: meid (Wanssum) Hoe noemt men haar, wanneer men met haar verloofd is? (Hoe noemt men het meisje met wie men verkeering heeft?) [DC 05 (1937)] III-2-2
melde schietmelde: schietmelde (Wanssum), onkruid  schietmelde (Wanssum, ... ) melde || melde, onkruid III-4-3
melden (kaartterm) melden: melde (Wanssum) Roemen bij het kaartspel. III-3-2
melganzevoet schietmelde: sxitmęldǝ (Wanssum) Chenopodium album L. Zeer algemeen voorkomend onkruid op braakliggend land en bouwland, vooral bij sterke bemesting, en met name ook waar pulpkuilen gestaan hebben. Het heeft witte bloemtrosjes, die van juli tot de herfst bloeien, en bladeren die van boven dof en van onder wit-melig zijn. De hoogte varieert van 15 tot 120 cm. [JG 1a, 1b; A 60A, 83; monogr.] I-5
melk melk: męlǝk (Wanssum), mɛlk (Wanssum), romen: roǝmǝ (Wanssum), ruǝmǝ (Wanssum), rōmǝ (Wanssum), rūǝmǝ (Wanssum) De hoofdzakelijk uit water, eiwit, vet en melksuiker bestaande witte vloeistof die door het vrouwelijk rund wordt afgescheiden. Op de kaart is het woordtype melk niet opgenomen. [A3, 3; A 11, 1c; A 17, 17; A 7, 14; RND 40; RND 127; S 23; JG 1a, 1b, 2c; L 1a-m; L 4, 3; L 29, 5; NE 3, V 6n; Vld.; Gwn 10, 1; monogr.] I-11
melkboer melkboer: mɛləkbu.r (Wanssum) melkboer [RND] III-3-1