32979 |
gerst |
gerst:
gɛrst (L289p Weert)
|
Hordeum L. De gerstteelt was in Belgisch Limburg betrekkelijk zeldzaam. Bij zomergerst wordt aangetekend: vooral bestemd voor de brouwerij; bij wintergerst: vooral bestemd als veevoer. Volgorde varianten van gerst: 1. met "rst" in de auslautgroep; 2. met "st"; 3. met "rs"; en 4: met alleen "s" in de auslautgroep; zie de eerste klankkaart [kaart 6]; in de tweede klankkaart [kaart 7] is de geografische verspreiding van het vocalisme weergegeven. Zie afbeelding 1, d. [JG 1a, 1b; L A1, 127; L 1 a-m; L 24, 6a; L lijst graangewassen, 2; R 3, 24; S 10; Wi 53; monogr.]
I-4
|
18312 |
geruite jurk |
geruit kleed:
gerutkledj (L289p Weert),
ruitjeskleed:
ruutjeskleid (L289p Weert, ...
L289p Weert),
ruûtjeskleît (L289p Weert)
|
jurk van geruite stof || jurk van geruite stof [ruutekeskleid] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
21893 |
geschenk |
cadeau (fr.):
kado (L289p Weert)
|
dat wat je kado geeft [gave, geschenk, gift, present, zende, kado] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
29829 |
geschifte steen |
gekloven steen:
gǝklōvǝ stęjn (L289p Weert),
schaal:
sxāl (L289p Weert)
|
Metselsteen die op zijn smalle kant in de lengte doormidden is gehakt. Zie ook afb. 29. [N 31, 19e; monogr.]
II-8
|
24013 |
geslaagd zijn voor het communie-examen |
opgeschreven zijn:
opgeschrieeve zeen (L289p Weert)
|
Geslaagd zijn voor het eerste communie-examen, opgeschreven zijn/worden. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
20475 |
geslacht |
familie:
femi‧lie (L289p Weert)
|
de gezamenlijke afstammelingen van een gemeenschappelijke stamvader, geslacht [natie, familie] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
17712 |
geslachtsdelen (alg.) |
getuig:
getuug (L289p Weert),
hebben en houden:
hebbe en hoaje (L289p Weert),
percelen:
perciele (L289p Weert)
|
geslachtsdelen in het algemeen [N 10c (1995)]
III-1-1
|
20312 |
geslachtsgemeenschap hebben |
betrekken:
betrekke (L289p Weert),
foppen:
foppe (L289p Weert),
moppen:
moppe (L289p Weert),
naaien:
neije (L289p Weert),
Schertsend.
nejje (L289p Weert),
neuken:
nuuke (L289p Weert),
Schertsend.
neuke (L289p Weert),
opschrijven:
Schertsend.
opschrieeve (L289p Weert),
vogelen:
voeegele (L289p Weert),
vrijen:
vri-jje (L289p Weert)
|
geslachtsgemeenschap uitoefenen [N 10C (zj)]
III-2-2
|
34063 |
geslachtsrijpe koe |
dekrijp (bijvgl. nmw.):
dɛkrīp (L289p Weert)
|
Jong rund dat oud genoeg is om gedekt te worden. [N 3A, 23]
I-11
|
23491 |
gesloten kapelletje? |
kapelletje:
kepelke (L289p Weert, ...
L289p Weert)
|
Een kapelletje waar men niet in kan, waarin achter traliewerk een kruis of een beeld staat. [N 96A (1989)]
III-3-3
|