e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Well

Overzicht

Gevonden: 1884
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
het vuur aansteken aansteken: anstêke (Well), aanstoken: anstoaken (Well) aanstoken [SGV (1914)] III-2-1
heten heten: hiete (Well) heeten [SGV (1914)] III-2-2
heup heup: heup (Well, ... ) heup [SGV (1914)] || heup - welk gedeelte van het lichaam wordt er mee bedoeld? [DC 01 (1931)] III-1-1
heuvel, kleine hoogte hoogte: högt (Well) hoogte [SGV (1914)] III-4-4
hiel hak: hak (Well, ... ), hāk (Well) hak (hiel) [DC 01 (1931)] || hak (van de voet) [SGV (1914)] || hiel, hak [SGV (1914)] III-1-1
hij aardt naar zijn vader hij aardt naar zijn vader: hi aardt nao zien vader (Well), hie aardt nor zien vader (Well) naar zijn vader aarden; hij aardt naar zijn vader [DC 02 (1932)] III-2-2
hijgen hijgen: hīēge (Well) hijgen (naar adem) [SGV (1914)] III-1-2
hinken hinken: heenke (Well) hinken, op een been springen [SGV (1914)] III-1-2
hoed (alg.) hoed: hoēd (Well), hû.t (Well) hoed [RND], [SGV (1914)] III-1-3
hoeden van koeien hoeden: hø̄jǝ (Well) [N 3A, 12a; N M, 2; JG 1a, 1b; A 48, 18c; L 1a-m; L 27, 5; S 14; Wi 39; R; monogr.] I-11