e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Well

Overzicht

Gevonden: 1884
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
homp, brok, klont kluit: kluut (Well) kluit [SGV (1914)] III-4-4
hond hond: hoond (Well) hond [SGV (1914)] III-2-1
hondenhok hondshut: hondshut (Well), hontshøt (Well) hondenhok [DC 10 (1941)] III-2-1
honing honing: huneŋ (Well), hunǝŋ (Well) Produkt door de bijen uit bloemvocht of nectar bereid en afgezet in de cellen van de raten. Honing is een zoete stof die door mensen als voedingsmiddel wordt gebruikt. [N 63, 43b; N 63, 111; L 1a-m; L 35, 105; S 14; S 38, JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 128; A 9, 8; monogr.] II-6
hoofd kop: kop (Well, ... ), köp (Well) hoofd [DC 01 (1931)], [SGV (1914)] || hoofden [SGV (1914)] || voorhoofd [DC 01 (1931)] III-1-1
hoofddoek neusdoek: neuzik (Well) hoofddoek [SGV (1914)] III-1-3
hoofdkaas persvlees: parsvleis (Well) zult (hoofdkaas) [SGV (1914)] III-2-3
hoofdkussen kopkussen: koͅpkøsə (Well) hoofdkussen [SGV (1914)] III-2-1
hoogliggende akker hoge grond: hōǝgǝ grōnt (Well), zandgrond: zandgrond (Well) De woordtypen in dit lemma duiden niet alleen op een hoogliggende akker maar ook op hooggelegen grond in het algemeen zoals hei, zandgrond, droge grond. Verder komen er ook plaatsbepalingen voor als op de hoogte en op een berg. [N 11, 2a en 2f; A 10, 4] I-8
hoogmis hoogmis: huməs (Well), huəchməs (Well) hoogmis [RND] III-3-3