e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wellen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
mannelijke eend gaanderik: jioonderik (Wellen), weenderik: wi̯ondǝrek (Wellen), wi̯ōndǝrek (Wellen), wenderik: wjonderik (Wellen) [GV, K 2; L 1a-m; L 3, 3; L 14, 18; JG 1a, 1b, 2c; S 18; NE II, 55; Vld.; A 6, add.; monogr.]woerd, mannetjeseend [ZND 01 (1922)] I-12, III-4-1
mannelijke eend, woerd jondrik: joindrik (Wellen), wenderik: wjônderik (Wellen) woerd: mannelijke eend. Hoe roept men eenden? [GV K (1935)] III-4-1
mannelijke gans gant: goi̯.nt (Wellen), gāi̯nt (Wellen), woerd: wūr (Wellen) [A 6, 5a; A 6, 5c; S 9; L 1a-m; L 1, 59; L 14, 20; JG 1a, 1b; monogr.] I-12
mannelijke geit bok: bok (Wellen), bu.q (Wellen) [N 70, 8; N 77, 78; N 77, 80; A 9, 19; L 32, 82; Wi 11; RND 89; JG 1a, 1b, 2c; Vld.; monogr.] I-12
mannelijke hond, reu hond: hond (Wellen), mannetje: mɛnəkə (Wellen) reu [Goossens 1b (1960)] || reu, mann. hond [Goossens 2a (1963)] III-2-1
mannelijke kalkoen troephaan: trūphaǝn (Wellen), trūǝphǭn (Wellen) [A 6, 3a; S 16; L 1, 113; R 14, 3; monogr.] I-12
mannelijke kat, kater kater: kaoter (Wellen), kōͅə.tər (Wellen) kater [Goossens 1b (1960)] || mannelijke kat [ZND 27 (1938)] III-2-1
mannenondergoed mansondergoed: mansondergoed (Wellen) Mannenondergoed [N 114 (2002)] III-1-3
mannenonderhemd onderlijfje: onderleefke (Wellen) Mannenondergoed [N 114 (2002)] III-1-3
mansarde-dak frans dak: frans˱ dǭk (Wellen) Dak waarbij elk van de dakschilden twee vlakken vormt die elkaar onder een stompe hoek ontmoeten. Het mansardedak werd ontworpen door de Franse architect François Mansart (1598-1666). Zie ook afb. 48c. [N 54, 170a; N 32, 43b] II-9