e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P188p plaats=Hoepertingen

Overzicht

Gevonden: 3594

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
armvol armvol: erəvəl (Hoepertingen, ... ), ęrǝvǝl (Hoepertingen), ɛlvǝr (Hoepertingen), ɛlvər (Hoepertingen) armvol [ZND 01 (1922)], [ZND 01u (1924)] || armvol (elver, speet, ervel) [ZND A1 (1940sq)] || De hoeveelheid stro of aren die men in de armen kan vasthouden. Zie ook het lemma ''handvol hooi'' (5.1.4) in aflevering I.3. [N 7, 58; L 1, a-m; L 1u, 8; L A1, 88; Wi 51; monogr.] I-4, III-4-4
arresteren aanhouden: de pelis et hem aongehā (Hoepertingen) De politie heeft hem aangehouden. [ZND 33 (1940)] III-3-1
asblok asblok: ās˱blǫk (Hoepertingen) Houten blok met aan de onderzijde een gleuf waarin de metalen as bevestigd wordt, ter versteviging van de as. Zie verder ook WLD I.1 voor het asblok van de ploeg. [N 17, 40 + 44j + 50b + 51; N G, 48a; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2b; monogr.] I-13
asperge asperge: aspɛržǝ (Hoepertingen) Asparagus officinalis L. Een tot 2 meter hoge plant met naaldvormige takjes en rode bessen, die op zandgronden groeit en om de jonge, ondergrondse spruiten als groente wordt geteeld in aspergebedden. [N Q, 7; monogr.] I-5
aswoensdag aswoensdag: a(ə)swu:nəsdoch (Hoepertingen), aaswoenesdaag (Hoepertingen) Aswoensdag. [ZND 01 (1922)], [ZND 19A (1936)] III-3-3
aureool aureool: aureool (Hoepertingen, ... ) De gouden lichtkrans of -kring boven om het hoofd van een heiligenbeeld [aureool, nimbus?]. [N 96A (1989)] III-3-3
autoped trottinette (fr.): trottenet (Hoepertingen), /  trottenet (Hoepertingen) / [SND (2006)] || het speeltuig bestaande uit een plankje op twee kleine wielen met een stuurstang waarop men door afzetten met de voet rijdt [autoped, glijer, step, aveseerplankje] [N 112 (2006)] III-3-2
averechts, achterstevoren averechts: øj(ə)vərəs (Hoepertingen), øjvərəs (Hoepertingen) averechts [ZND 01 (1922)], [ZND 05 (1924)] III-4-4
avondgebed avondgebed: avondgebed (Hoepertingen) Het avondgebed/avondsgebed met gewetensonderzoek [aovendgebed, aovesgebed, aoëvetsjebed?]. [N 96B (1989)] III-3-3
avondmaal navondstond: nu‧wəstont (Hoepertingen) de laatste maaltijd van de dag, avondeten [ZND 02 (1923)] III-2-3