e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q003p plaats=Genk

Overzicht

Gevonden: 4982
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
balk balk: balǝk (Genk) In het algemeen bezaagd hout met een afmeting groter dan 15 x 20 cm. [N 50, 73p; L 40, 56 add.; monogr.] II-12
balken van de zolder boven de dorsvloer schelf(t)houter: šɛlǝfhǫ ̝ǝtǝr (Genk) De zware rondhouten die op de gebintbalken boven de dorsvloer rusten en die de zoldervloer vormen. Deze zolder is een schelf, die ofwel altijd aanwezig is, ofwel elk jaar tijdens het bergen van de oogst gevormd wordt en weer verwijderd als hij leeg is. De rondhouten worden gelegd van het ene gebint naar het andere of dwars op de lengterichting van de beuk die de dorsvloer inneemt. De enkelvoudsvormen betreffen ofwel één van de balken of zijn collectief voor al de balken samen. Zie ook de lemmata "onderste" en "bovenste balken van de schelf" (3.4.2 en 3.4.3). Zie ook afbeelding 14.c bij het lemma "dorsvloer" (3.2.1). [N 5A, 68b; N 4, 35 en 68; N 4A, 13a en 13b; monogr.] I-6
balkenbrij kruipuit: kroupout (Genk), kroͅu̯poͅ.u̯t (Genk) balkenbrij || gerecht, vervaardigd uit bloed van het varken, gemengd met vleesafval en boekweitmeel [Goossens 1a (1955)] III-2-3
balzak klootzak: kloetzak (Genk) balzak, scrotum [zak, beurs] [N 10c (1995)] III-1-1
bandgalerij mecogang: mɛkogaŋ (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Eisden]) Galerij waarin het transport met behulp van een transportband plaatsvindt. Een bandgalerij kan zowel een aanvoer- als een afvoergalerij zijn (Lochtman pag. 58). [N 95, 376; monogr.] II-5
bang bang: nie bang zen (Genk) (Niet bang zijn), duw maar. [ZND 23 (1937)] III-1-4
bangerik schouwerik: sjouwerik (Genk) bangerik III-1-4
barensweeën ween: de weeën (Genk) Barenswee: periodieke pijnen die voorafgaan aan het baren (poos). [N 115 (2003)] III-2-2
barrevoets baarsbarvoets: barsbaerves (Genk), barrevoets: baerəvəs (Genk), barreves (Genk), berreves (Genk), barvoets: baerves (Genk) barrevoets [ZND 19 (1936)] || barvoets || blootvoets [RND] III-1-3
basterdsuiker potsuiker: potsòkker (Genk) bruine suiker III-2-3