e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L423p plaats=Stokkem

Overzicht

Gevonden: 4071
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
blaker kaarsenpannetje: kērsəpɛnkə (Stokkem) het pannetje, van een oor voorzien, waarop de kaars wordt gezet [ZND 36 (1941)] III-2-1
blasiuszegen blasiuszegen: blasiuszege (Stokkem) De Blasiuszegen waarbij de priester twee kaarsen kruiselings vasthoudt. [N 96C (1989)] III-3-3
blaten bleken: blē̜kǝ (Stokkem), meken: mē̜kǝ (Stokkem) Geluid voortbrengen, gezegd van een schaap. [N 19, 76a; S 52, add.; Vld.; monogr.] I-12
blauw oog blauw oog: blauw oag (Stokkem) Als iemand een klap op zijn oog heeft gehad, is zijn oog verkleurd. Hoe noemt u zon oog? [DC 52 (1977)] III-1-2
blauwe bosbes malbert: maobert (Stokkem) bosbes III-4-3
blauwe reiger, reiger reiger: rɛigəl (Stokkem) reiger [ZND 41 (1943)] III-4-1
blauwsel blauwsel: bleͅi̯tsəl (Stokkem) blauwsel III-2-1
blekijzer stroop: strø̜jp (Stokkem), stroopijzers: strø̜̄pīzǝrs (Stokkem) Gereedschap waarmee men de wissen blekt. Meestal is dit een ijzeren klem die op een zwaar stuk hout bevestigd is. Zie ook afb. 263. Soms wordt ook een gespleten stok gebruikt die in de grond gestoken wordt. Dit laatste is het geval in Stramproy (L 318). In Zonhoven (Q 1) gebruikt men een dikke eiken stok als kliever en in Diepenbeek (Q 71) heeft men daarvoor twee ijzers in een V-vorm. [N 40, 24; N 40, 27; N 40, 30; monogr.] II-12
blekmachine stroopmachine: strø̜jpmǝšeŋ (Stokkem) Machine waarmee de wissen ontschorst worden. Zie ook afb. 264. [N 40, 30] II-12
bles bles: blɛs (Stokkem) Witte streep op het voorhoofd van de koe. [N 3A, 136b; N 3A, 135b] I-11