e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gevangenis <omschr.> iemand zit vast: eemes zit vas (Geleen), aap: aap (Beegden), op t⁄n aap (Asenray/Maalbroek), bajes: Van Dale: bajes (&lt;Hebr.) (oorspr. dievent.) gevangenis.  bajes (Maasniel, ... ), bajəs (Kapel-in-t-Zand), bak: Van Dale: I. bak, 9. (gemeenz.) gevangenis, nor, arrestantenhok.  bak (Achel, ... ), bàk (Sevenum, ... ), in de bak (Oirlo), cachot (<fr.): Opm. is vroegere benaming.  kasjot (Thorn), ps. omgespeld volgens Frings!  kasjoͅt (Houthalen), ps. omgespeld volgens RND!  kəšoͅt (Meeuwen), Van Dale: cachot (&lt;Fr.), gevangenhok, gevangenis; arrestantenlokaal.  cachot (Bree, ... ), casjot (Bilzen), kaasjot (Montfort), kachot (Achel, ... ), kaschot (Heers, ... ), kasjot (Gutshoven, ... ), kechot (Tungelroy), keschot (Amby, ... ), kesjot (Bunde, ... ), kesjotje (Blerick), kezotje (Blerick), kàsjót (Heerlen), kásjòt (Nieuwenhagen), kəsjot (Kermt, ... ), kəsjŏt (Maastricht), kəsjòt (As, ... ), kəšoͅt (Rekem), kəšət (Rekem), cel (<lat.): Van Dale: cel (&lt;Lat.), 1. ieder van een reeks kleine, gelijke, afzonderlijke vertrekken in een klooster, een gevangenis, een krankzinnigengesticht, als verblijfplaats voor één persoon.  cel (Eys), college?: ???  kəlēͅgə (Rekem), doos: Opm. hê kumtj nog ins op t M¨nster zitte (= hij komt nog eens in de gevangenis).  dôs (Beegden), Van Dale: I. doos, 5. gevangenis.  dōēs (As), du[ə}s (Rekem), gevang: gevang (Achel, ... ), gevank (Schaesberg), gevaŋk (Beringen), gevenk (Beverst), gəvang (Meeuwen, ... ), gəvaŋ (Lummen, ... ), gəvɛiŋ (Aalst-bij-St.-Truiden), Xəva͂[ə}ŋ (Gutshoven), heel zelden  gevang (Mielen-boven-Aalst), ps. omgespeld volgens Frings!  gəvaŋ (Houthalen), gevangenenhuis: gevang-nge-hoes (Vijlen), gevangenhuis: gevangenhoes (Puth), gevangenis: gevaangenis (Maastricht), gevangenes (Rosmeer), gevangenis (Afferden, ... ), gevangnis (Weert), gevankenis (Eys), gevengenis (Broeksittard, ... ), gevenkenis (Mechelen, ... ), gevenknis (Epen), gəvaangənis (Maastricht), gəvangenis (Lanaken), gəvaŋəneͅs (Maastricht), gəvaŋənis (Tessenderlo), gəvaŋənĭs (Maaseik), gəvaŋənəs (Rekem), gəvèènkənis (Heerlen), ’t gevengenis (Simpelveld), (kort).  gevangenis (Venlo), ook wel tobias  gevangenis (Gennep), Opm. zo wordt het ook genoemd.  gevangenis (Hunsel), ps. boven de a staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.  gevangenis (Heer), hilton-hotel: Opm. v.d. invuller: dit wordt hier in Maastricht gezegd.  het Hilton-hotel (Maastricht), kast: kaast (Blitterswijck), kāāst (Gennep), Van Dale: kast, 6. (gemeenz.) gevangenis.  kas (Echt/Gebroek, ... ), kāst (Horst, ... ), kot: koot (Achel), Van Dale: kot, 4. gevangenis.  kot (Gingelom, ... ), koͅt (Herk-de-Stad, ... ), kòt (Loksbergen), kót (Meijel), kotje: Van Dale: kot, 4. gevangenis.  kotje (Blerick, ... ), kötje (Venray, ... ), kûtje (Venray), munster (<lat.): Opm. hê kumtj nog ins op t M¨nster zitte (= hij komt nog eens in de gevangenis).  hê kumtj nog ins op ɛt Mŭnster zitte (Beegden), Van Dale: munster (&lt;Lat.), 1. kloosterkerk; - 2. domkerk, bisschoppelijke kerk.  munster (Beesel), op ⁄t munst⁄r (Asenray/Maalbroek), nor: nor (Lutterade, ... ), nòr (Venlo), pensionaat (<fr.): Van Dale: pensionaat (&lt;Fr.), 2. (gew.) (scherts.) gevangenis.  peͅnsjənāt (Rekem), petoet: pntoet (Brunssum), (v.).  pətu.t (Eys), Algemene opmerking v.d. invuller: in het Meerlos dialect bestaat geen uitgangs "n"!  petoet (Meerlo), Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!  pətŏĕt (Nieuwenhagen), Van Dale: petoet, (sold., Barg.) cel, gevangenis.  partoet (Montfort), patoet (Gulpen, ... ), petoet (Amby, ... ), pe’toet (Born), pêtôêt (Schimmert), pətoet (Guttecoven, ... ), pətŏĕt (Epen, ... ), pietenkastje: pietekeske (Heerlerbaan/Kaumer), pietenman: pittemen (Stein), pieterman: pitterman (Stein), pollartstraat: [het gerecht en de recherche zijn gevestigd in de Pollartstraat, RK]  Pollartsjtraot (Kapel-in-t-Zand), pot: Van Dale: I. pot, 8. (mil.) (volkst.) gevangenis.  pot (Blitterswijck, ... ), prison (<fr.): pərson (Hasselt), pərsoŋ (Peer), pərso̝ŋ (Stokkem), pərsoͅn (Sint-Truiden, ... ), pərz[ou}ŋ (Gutshoven), pərzon (Rosmeer), pərzong (Diepenbeek), pərzouŋ (Borgloon), pərzoŋ (Hasselt, ... ), pərzŏ[ə}ŋ (Mechelen-aan-de-Maas), pərzoͅn (Zonhoven), pərzoͅŋ (Hasselt, ... ), pərzuŋ (Mechelen-aan-de-Maas, ... ), pərzóŋ (Opgrimbie), pəržoŋ (Lanaken), (arm).  perzông (Meerssen), minder  prezong (Nieuwerkerken), O  perzong (Schinveld), o.  prisong (Heerlen), Opm. de e is toonloos.  prezong (Hunsel), Opm. klemtoon op de laatste lettergreep.  perzông (Neeritter), Opm. v.d. invuller: afk. van Fr. woord prison.  prezong (Mheer), Opm. v.d. invuller: komt van het Fr. woord "prison".  perzông (Ell), ps. boven de a staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.  perzŏan (Guttecoven), Van Dale: prison (&lt;Fr.), (gew.) gevangenis.  perrezhon (Hoeselt), persoeng (Einighausen), person (Ophoven, ... ), persong (Baarlo, ... ), personk (Vliermaalroot), persōng (Neeroeteren), persŭng (Sittard, ... ), perzoeng (Gelieren/Bret), perzon (Genoelselderen, ... ), perzong (Boorsem, ... ), perzong (o) (Maasbree), perzoong (Niel-bij-As), perzoug (Grubbenvorst), perzŏang (Wellen), perzoͅng (Sint-Huibrechts-Hern), perzoͅŋ (Neeroeteren), presoeng (Bilzen, ... ), presoeŋ (Maaseik), preson (Bocholt, ... ), presong (As, ... ), presoŏng (Grevenbicht/Papenhoven), presòng (gevangenis) (Velden), prezon (Horst, ... ), prezong (Beverst, ... ), prezŏng (Beegden), prezung (Eisden), prĕsong (Vroenhoven), prĕzong (Gingelom), prĕzŭn (Maaseik), prisang (Echt/Gebroek), prisoeng (Bilzen), prison (Diepenbeek, ... ), prisong (Amby, ... ), prisōn (Hechtel), prisoͅn (Mopertingen), prizon (Kanne, ... ), prizong (Boorsem, ... ), préson (Sint-Huibrechts-Lille), prësoeng (Lanklaar), prəs- (Hoepertingen), prəso[u}ŋ (Molenbeersel), prəson (Neerpelt), prəsoŋ (Bocholt), prəsoŋg (Hasselt), prəsōn (Voort), prəsoͅn (Sint-Truiden), prəsoͅng (Neerglabbeek), prəsoͅŋ (Aalst-bij-St.-Truiden), prəso‧ŋ (Maastricht), prəzon (Eigenbilzen, ... ), prəzoͅun (Borgloon), prəzoͅŋ (Sint-Truiden), prɛsoŋ (Martenslinde), pérsóng (As), spekkamer: Van Dale: spekkamer, 2. (fig., gew.) arrestantenlokaal, kamer waar men gevangenen opsluit.  spekkamer (Maastricht, ... ), speͅ‧kkāmər (Maastricht), spèkkaamər (Maastricht), spritshuisje: (o.).  špri.tshy.skə (Eys), wacht: gemeentelijke gevangenis  waX (Stokkem) de gevangenis [cachot, nor, partoet, speentje, grawoel, ren] [N 90 (1982)] || gevangenis [SGV (1914)], [ZND 01 (1922)], [ZND 24 (1937)], [ZND m], [ZND m] III-3-1