e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
schaapskeuteltjes vaste uitwerpselen:   sxępskitǝlkǝs (Opglabbeek), sxōpskētǝlkǝs (Kuringen), sxǭpskø̄tǝlkǝs (Valkenburg, ... ) I-12
schaapsknie?n maaivoeten:   schaopsknèn (Hasselt) III-1-2
schaapsknikkers vaste uitwerpselen:   sxǫpsknekǝrs (Bergen, ... ) I-12
schaapskooi schapestal, schaapskooi:   schaapskooi (Kelpen, ... ), sxapskūi̯ (Lommel), sxopskø̄i̯ (Overpelt), sxápskuǝi̯ (Kwaadmechelen, ... ), sxő̄pskī (Peer), sxǫpskui̯ (Berverlo), sxǫpskø̄i̯ (Hamont, ... ), sxǫpskø̜i̯ (Blitterswijck, ... ), sxǫpskōi̯ (Neerpelt), sxǫpskǫi̯ (Geysteren), sxǭpskȳi̯ (Blerick, ... ), sxǭpskȳǝ (Maasbree), sxǭpskø̜̄i̯ (Lottum, ... ), šuopskōǝi (Grathem), šǫpskyǝ (Panningen), šǫpskű̄i̯ (Neeroeteren), šǭpskoǝi̯ (Peij, ... ), šǭpskø̄i̯ (Stramproy), šǭpskōi (Dieteren, ... ), winterverblijf:   sxapskȳi̯ (Sevenum), sxǫpskø̜i̯ (Castenray, ... ), sxǭpskø̜i̯ (Blitterswijck, ... ), šōpskōi̯ (Thorn), zomerverblijf:   schaapskooi (Houthalen), sxapskau̯ (Maasbree) I-12, I-6
schaapskootje bikkel(s):   sxōͅpskø͂ͅtjəs (Nunhem) III-3-2
schaapskop hoofd (spotnamen): Bij een groot achterhoofd.  sjoapskop (Hoensbroek), onnozel persoon:   schoapskop (Lutterade), sjaopskop (Sittard), schaapherder -spotbenaming:   šǭpskop (Schimmert) I-12, III-1-1, III-1-4
schaapskopje bellefleur:   sjoapsköpke (As, ... ), kleine  sjaopskoŭpkes (Susteren) I-7
schaapskouw schapestal, schaapskooi:   sxǭpskǫu̯ (Venlo), šǭpskǫu̯ (Margraten, ... ) I-6
schaapskrenten vaste uitwerpselen:   sxapskrentǝ (Horst, ... ), sxapskrēntǝ (America), sxǫpskrentǝ (Grubbenvorst, ... ), sxǫpskrɛntǝn (Lottum), sxǫu̯pskrentǝ (Hout-Blerick), sxǭpskrentǝ (Nieuwenhagen), sxǭpskrēntǝ (Stramproy), sxǭpskrɛntǝ (Geulle), šō.pskrentǝ (Bocholtz), šōǝfskrentǝ (Terwinselen), šǫfskrentǝ (Bocholtz), šǫpskrentǝ (Reuver), šǫpskrɛ̄ntǝ (Mheer), šǭpskrentǝ (Amstenrade, ... ), šǭpskrentǝn (Kessel), šǭpskrɛntǝ (Dieteren, ... ) I-12
schaapslam lam:   sxǭpslām (Heijen) I-12