e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
knuppel dorsvlegel:   knuppel (Sevenum), draaiboom voor de schulpboor:   knøpǝl (Mechelen), eglichter:   knøpǝl (Koersel), knø̜pǝl (Houthalen), futloze jongen:   das ne knèppel (Kuringen), getuigrek:   knøpǝl (Leopoldsburg), haarvlecht:   knuppel (Eijsden), hak:   knøpǝl (Mechelen, ... ), knø̄pǝl (Henri-Chapelle, ... ), knø̜pǝl (Aubel, ... ), hak van een schoen:   kneupel (Henri-Chapelle, ... ), kneupel van ne schoone (Welkenraedt), kneuppel (Remersdaal, ... ), knuppel (Mechelen), knöpel (Gemmenich, ... ), knöppel (Mechelen, ... ), knöpəl (Montzen), knøpəl (Montzen, ... ), knøͅpəl (Teuven), horizontale sluitbalk van een poort:   knø̜pǝl (Romershoven), karnstaf:   knøpǝl (Baarlo), klepel: [sic]  de kneupel van een klok (Remersdaal), knuppel:   knuppel ([Maurits]), knuppel, knots:   kneeppel (Rosmeer), knepel (Broekom), kneppel (Bilzen, ... ), knepəl (Hasselt, ... ), kneuipel (Millen), kneupel (Ulbeek), kneuppel (Diepenbeek, ... ), kneuəpel (Sint-Lambrechts-Herk, ... ), kneüpel (s-Herenelderen), knĕppĕl (Vroenhoven), knĕŭppəl (Sint-Truiden), knippel (Afferden, ... ), knipəl (Beverst, ... ), knīppel (Hasselt), knoepel (Tongeren), knoopəl (Eigenbilzen), knōͅppəl (Lanaken), knueppel (Paal), knujpel (Sint-Truiden), knuppel (Arcen, ... ), knuppəl (Epen, ... ), knupəl (Zolder), knŭppel (Eys, ... ), knypl (Heppen), knyppəl (Beverlo), knypəl (Beringen, ... ), knáppel (Kerniel), knèpel (Stokrooie, ... ), knèppel (As, ... ), knèŭpel (Wellen), knêppel (Kuringen), knêpəl (Kermt), knëpfel (Maaseik), knëppel (Rosmeer), kníppel (Val-Meer), knö.pəl (Vroenhoven), knöppel (Amby, ... ), knöpəl (Arcen, ... ), knø.pəl (Gennep, ... ), knøppel (Mettekoven), knøppəl (Beringen), knøpÒÒḷ (Heusden), knøpəl (Alken, ... ), knøypəl (Lummen), knøͅppel (Diepenbeek), knøͅppĕl (Diepenbeek), knøͅpəl (Hasselt, ... ), knùppel (Hasselt, ... ), knûpəl (Mheer), knüppel (Wijlre), knəpel (Hoepertingen, ... ), knəppel (Genk, ... ), knəppəl (Genk, ... ), knəpəl (Genk, ... ), knɛppel (Lanaken), knɛppəl (Heers), knɛpəl (Zutendaal), knu:p = knoop in touw  knipəl (Vlijtingen), knøpəl (Vlijtingen), Meest frequent  knəppel (Nieuwerkerken), Minder  kneupel (Heers), Ook een verwarde knoop  knøpəl (Millen), trommelstok!  knipəl (Eigenbilzen), verouderd  knøpəl (Hoeselt), verouderd; zeldzaam  knøpəl (Rijkhoven), korteling:   knøpǝl (Kerkrade, ... ), knø̜pǝl (Maastricht, ... ), kruk, aardappelpoter:   klępǝl (Opglabbeek), oud, versleten paard:   knøpǝl (Sevenum, ... ), penis:   knuppel (Vijlen), Gemeen  knuppel (s-Gravenvoeren), prutser:   knöppel (Maasbree, ... ), spaak:   knuppel (Meerlo), spanhout:   knø̜pǝl (Boekend), stam uit een haag:   knuppel (Roermond), knôppel (Boekend), stok of twijg om een kind te straffen:   knöppel (Horst), vlegelknuppel, slaghout:   klepǝl (Meijel), kløpǝl (Leunen), klø̜pǝl (Ell, ... ), klɛpǝl (Maasmechelen), knøpǝl (Gennep, ... ), knø̜pǝl (Gulpen), voedermik:   knøpǝl (Tegelen), vregelstok:   klø̜pǝl (Beek), knø̜pǝl (Mechelen), wulps persoon: zie ook WLD III, 2.2. lemmata "onkuis"en "geil, wellustig  knuppəl (Epen), zwenghout, spoorstok:   knø ̞pǝl (Heerlen, ... ) I-11, I-13, I-2, I-3, I-4, I-5, I-6, I-9, II-1, II-10, II-12, II-5, II-9, III-1-1, III-1-2, III-1-3, III-1-4, III-2-2, III-3-3, III-4-3