| 20206 |
moetje |
door zwangerschap gedwongen huwelijk:
mótje (L318d Altweert, ...
L318e Altweerterheide,
L287p Boeket/Heisterstraat,
L288c Eind,
L289a Hushoven,
L318a Keent,
L288b Laar,
L289b Leuken,
L288p Nederweert,
L288a Ospel,
L289p Weert),
een door zwangerschap gedwongen huwelijk:
motje (L215p Blitterswijck, ...
L214a Geysteren,
L217p Meerlo,
L246a Swolgen,
L245b Tienray,
L214p Wanssum),
grootmoeder:
verouderd doch jonger dan eutje
mótje (L288p Nederweert),
moeder:
cf. WNT s.v. "moet (I)". Zie moei
mootje (L288a Ospel),
oude vrouw:
of: moetje?
mótje (L288p Nederweert),
uit mot (moet, moetje, moei = tante)
motsje (Q095p Maastricht),
tante:
motje (L289p Weert),
mótje (L288p Nederweert),
cf. WNT s.v. "motje". Zie moei; Zie WNT "moei": "als verkleinwoord bestaan moetje en meutje........Andere synonieme vormen zijn motje en mutje".
motje (L288p Nederweert),
resp.: vroeger vooral op het platteland werd "motje"gebruikt, b.v.: motje Trien; cf. Weertlands Wb. A 3, p. 10, s.v. "mótje": "tante (zuster van moeder)"; cf. WNT s.v. "motje". Zie moei; Zie WNT "moei": "als verkleinwoord bestaan moetje en meutje........Andere synonieme vormen zijn motje en mutje".
motje (L289p Weert),
zuster van moeder
mótje (L288p Nederweert),
verplichting:
moetje (L331p Swalmen)
III-1-4, III-2-2
|
|