e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K358p plaats=Beringen

Overzicht

Gevonden: 3514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
arend van de zeis ang: ãŋ (Beringen) Het blad van de zeis loopt aan de zijde waar het met de steel verbonden is uit in een smal, vaak extra verstevigd, stukje staal, de arend, dat tegen de steel van de zeis aanligt en door middel van de zeisring daaraan wordt vastgemaakt. Aan het uiteinde is de arend voorzien van een nokje dat in een gat in de steel wordt gestoken of geslagen; soms zijn er twee dergelijke nokjes (vergelijk het woordtype dobbelang). Voor de hoek die de arend met het zeisblad maakt, en het belang hiervan voor een goede "voering" van de zeis, zie de algemene toelichting bij deze paragraaf. Zie afbeelding 5, nummer 1. [N 18, 68a; JG 1a, 1b; A 4, 28c; A 14, 1; L 20, 28c; L 45, 1; monogr.] I-3
armband bracelet (fr.): bronjelet (Beringen), een branzelet (Beringen) armband (Fr> bracelet) [ZND 32 (1939)] III-1-3
arme mens arme mens: ne ɛrme minsch (Beringen), nen arme mins (Beringen) een arme mens [ZND 32 (1939)] III-3-1
armoede armoede: ɛrmoi (Beringen), ɛrmooi (Beringen) armoede [ZND 32 (1939)] III-3-1
armvol armvol: nənɛləvər (Beringen), ęlǝvǝr (Beringen), ɛrmvol (Beringen, ... ), ɛrǝmvǫl (Beringen) armvol [ZND 01 (1922)], [ZND 01u (1924)] || armvol (elver, speet, ervel) [ZND B1 (1940sq)] || De hoeveelheid stro of aren die men in de armen kan vasthouden. Zie ook het lemma ''handvol hooi'' (5.1.4) in aflevering I.3. [N 7, 58; L 1, a-m; L 1u, 8; L A1, 88; Wi 51; monogr.] I-4, III-4-4
arresteren aanhouden: de polisie het həm aangəhoon (Beringen), pakken: də gəndɛrmən hɛmmən höm gəpakt (Beringen) De politie heeft hem aangehouden. [ZND 33 (1940)] III-3-1
as as: asch (Beringen), assen: asse (Beringen), asx (Beringen) as [ZND 32 (1939)] III-2-3
as, spil van de rol spil: spel (Beringen) De in dit lemma verenigde termen betreffen ofwel (elk van) de twee, als as fungerende pinnen in de uiteinden van de houten rol, ofwel de as van de ijzeren paarderol. [JG 1a; JG 1b add.; N 11A, 184e; monogr.] I-2
asarm spit: (mv)  spętǝn (Beringen) Elk van de uiteinden van de as die door de naven steken. Een asarm is steeds van metaal. [N 17, 53; N G, 48d; monogr] I-13
asblok asblok: as˱blǫk (Beringen), koffer: kǫfǝr (Beringen) Houten blok met aan de onderzijde een gleuf waarin de metalen as bevestigd wordt, ter versteviging van de as. Zie verder ook WLD I.1 voor het asblok van de ploeg. [N 17, 40 + 44j + 50b + 51; N G, 48a; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2b; monogr.] I-13