e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L427p plaats=Obbicht

Overzicht

Gevonden: 2561
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
cirkel, kring cirkel: (Ook wel rink).  cirkel (Obbicht), ring: rink (Obbicht) cirkel [SGV (1914)] || kring [SGV (1914)] III-4-4
collectant kerkmeester: kirkmeister (Obbicht) Een collectant, de persoon die met de collectezak of -schaal rondgaat [centevenger?]. [N 96B (1989)] III-3-3
collecteren met de schaal gaan: mit de sjaol gaon (Obbicht, ... ) De geldinzameling, de collecte [de kollekt?]. [N 96B (1989)] || Met de schaal of het kerkezakje rondgaan in de kerk [róndgooën?]. [N 96B (1989)] III-3-3
collecteschaal schaal: sjaol (Obbicht) De schaal, het bord waarmee in dat geval gecollecteerd werd [schaol, sjaal, telder, klaaterschoeëtel?] . [N 96B (1989)] III-3-3
commode, ladenkast commode: koͅmu̯at (Obbicht) commode [SGV (1914)] III-2-1
communie communie (<lat.): kemunie (Obbicht) De communie, deel van de mis waarin priester en gelovigen communiceren [kemuunie, kómmelejoeën?]. [N 96B (1989)] III-3-3
communie-uitdeling communie (<lat.) uitdelen: kemunie oetdeile (Obbicht) Communie-uitdeling, communie-uitreiking buiten de mis (b.v. zondagmorgen een (half) uur vóór de vroegmis). [N 96B (1989)] III-3-3
communiebank communiebank: kemuniebank (Obbicht) De balustrade aan de voet van het priesterkoor, waaraan de gelovigen de communie ontvangen [communiebank?]. [N 96A (1989)] III-3-3
communiekleed communielaken: kemunielake (Obbicht) Het kleed, de doek daarover [communiekleed, communiedoek]. [N 96A (1989)] III-3-3
compagnie compagnie (fr.): Opm. eemes kompenie hoaje = iemand gezelschap houden.  kompenie (Obbicht) compagnie [SGV (1914)] III-3-1