e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Buchten

Overzicht

Gevonden: 3668
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zonde zonde: zunj (Buchten) zonde [SGV (1914)] III-3-3
zonden zonden: zunj (Buchten) zonden (mv.) [SGV (1914)] III-3-3
zonder voor spitten voor de hand graven: vø̄r dǝ hantj ˲[graven] (Buchten) Manier van spitten waarbij men - anders dan bij het spitten in voren - min of meer in de breedte werkt en iedere spade grond voor zich uit (voor de hand) omlegt. [N 11, 65c; N 11A, 148b; div.] I-1
zoom zoom: zǫwm (Buchten) De omgeslagen en vastgenaaide rand aan een stuk weefsel of een kledingstuk. Volgens Het Beste Naaiboek (pag. 290) zijn er drie soorten zomen: de omgeslagen zoom, de valse zoom en de apart aangezette zoom. Zie afb. 38. [N 62, 14a; L 8, 126; Gi 1.IV, 15; MW; S 46; monogr.] II-7
zoon jong: jong (Buchten, ... ), zoon: zoon (Buchten, ... ) (zoon;) Hoe wordt de zoon door de ouders aangesproken, als hij niet bij zijn naam wordt genoemd? [DC 05 (1937)] || zoon [SGV (1914)] || zoon; (Hoe wordt de zoon door de ouders aangesproken, als hij niet bij zijn naam wordt genoemd?) [DC 05 (1937)] || zoon; onze buurman heeft een zoon en een dochter; volw. [DC 12a (1943)] III-2-2
zout zout: zaut (Buchten) zout [DC 03 (1934)] III-2-3
zuchten zuchten: zuchte (Buchten) zuchten [snokke] [N 10 (1961)] III-1-4
zuigen zuiken: zōēke (Buchten) zuigen [suuke, snekke] [N 10 (1961)] III-2-3
zuinig zuinig: zunig (Buchten) zuinig [SGV (1914)] III-3-1
zure haring rolmops: rolmops (Buchten), zure haring: zoer hièring (Buchten) rolmops; Hoe noemt U: Een haring in het zuur (rolmops) [N 80 (1980)] III-2-3