17864 |
wiebelen |
waggelen:
wàggələ (Q038p Amstenrade)
|
Wiebelen: onvast heen en weer bewegen (wiebelen, kwikken, kwikkelen, wiegelen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
19969 |
wieg |
wieg:
weech (Q038p Amstenrade)
|
wieg; bak- of mandvormig ledikantje voor zeer kleine kinderen [wieg, krib, zuus] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
34574 |
wiel |
rad:
rāt (Q038p Amstenrade),
meervoud
rār (Q038p Amstenrade)
|
Algemene benaming voor het wiel van een kar of een wagen. De karren en wagens hebben aanvankelijk houten wielen met daarrond een ijzeren band, om slijtage tegen te gaan. Na de tweede wereldoorlog werden deze houten wielen geleidelijk aan vervangen door wielen met luchtbanden. Afhankelijk van de omtrek heeft een wiel tien tot veertien spaken. [N 17, 57a-b + add; N 18, 99 + add; N G, 4; JG 1a + 1b; Gi 1,1; L 20, 21; L 38, 41; A 2, 60; A 4, 21; A 43, 1a-b; Wi 5; S 29; monogr.]
I-13
|
31573 |
wielband |
beslag:
bǝšlāx (Q038p Amstenrade),
reep:
rēp (Q038p Amstenrade)
|
De ijzeren hoepel die door de smid om de houten velg van een kar of wagen wordt gelegd. Zie ook afb. 209a. [N G, 46a; N 17, 67; A 42, 17; JG 1a; JG 1b; L 20, 20c; A 4, 20c; N 33, 8 add.; monogr.; Vld.; div.]
II-11
|
24276 |
wielewaal |
goudmelder:
goudmeelder (Q038p Amstenrade)
|
Hoe heet de wielewaal? [DC 06 (1938)]
III-4-1
|
18555 |
wijde regenmantel zonder mouwen |
cape (eng.):
keep (Q038p Amstenrade)
|
regenmantel, wijde ~ zonder mouwen [keep] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
20852 |
wijn |
wijn:
wīēn (Q038p Amstenrade)
|
wijn [RND]
III-2-3
|
33524 |
wijnstok, wingerd |
wingerd:
WBD\\WLD
wingərt (Q038p Amstenrade)
|
De klimplant met handvormige bladeren en groenwitte bloempjes de de wijndruif levert (wijnrank, wingerd, wijger, vijger, wijgert, driveger), [N 82 (1981)]
I-7
|
19281 |
wijs |
geleerd:
gəlîêrt (Q038p Amstenrade)
|
veel wetend, veel geleerd, veel in zich hebbend [wijs, kloek] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
23351 |
wijwatervat |
wijwatersbak:
wiewààtersbàk (Q038p Amstenrade)
|
De met wijwater gevulde bak bij de ingang(en) van de kerk [wijwater(s)bak, -vat, -steen?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|