e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Genk

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
visvangst gevangen (volt.deelw.): gevange (Genk) alles wat men vangt bij het vissen [vangst, rafel] [N 112 (2006)] III-3-2
vitsen vitsen: vetsǝ (Genk) Vlechtwerk vervaardigen voor de wanden van gebouwen met vakwerk. In L 318b werd dit werk verricht door de 'tuiner' ('tȳnǝr'). In een aantal plaatsen, bijvoorbeeld in Q 111, leverde ook de strodekker gevlochten wanden voor de huizenbouw. In Q 83 gebruikte men 'hondshout' ('hǫnshōt'), een makkelijk te klieven houtsoort, voor het vlechtwerk van lemen huizen. Zie ook het lemma 'Reephout'. [N 4A, 53g; N F, 56a; monogr.] II-9
vizier doorkijker: dōrkīkǝr (Genk  [(voorzien van paardehaar)]  ) Venster in de bijenkap, geweven van ijzer- of koperdraad, paardehaar of tegenwoordig ook nylon. [N 63, 74e; monogr.] II-6
vlaai vlaai: vloai (Genk) vla III-2-3
vlaaienvulling spijs: spijs (Genk) taartbelegsel III-2-3
vlaaischotel vlaaischotel: vlōͅi̯šuətəl (Genk) schotel, meestal op voet om vla op te dienen III-2-1
vlaams vlaams: vlaoms (Genk), kempisch als me t dialekt bedoelt  vlomsch (Genk) vlaams [ZND 23 (1937)] || Vlaams; bijvoeglijk naamwoord - [DC 47 (1972)] III-3-1
vlaams verband driekwart verband: dręjkwart ˲vǝrbant (Genk) Verband, doorgaans toegepast bij muren dikker dan een halve steen, waarbij in iedere laag zowel koppen als strekken zijn verwerkt. Het verband is als volgt opgebouwd: eerste laag: drieklezoor, kop, strek, kop, strek, kop; tweede laag: kop, strek, kop, strek, kop, strek; derde laag: drieklezoor, kop, strek, kop, strek, kop, strek, enz. (Westra, pag. 20). De volgorde van de verschillende lagen kan variëren. [N 31, 24e; monogr.] II-9
vlaamse gaai markolf: maerkòf (Genk), merkof (Genk), merrekōf (Genk), meͅekoͅf (Genk), mɛrəkoͅf (Genk), rotzak: rotzak (Genk) gaai || vlaamse gaai [ZND 01 (1922)] || vlaamse gaai (meerkol) [ZND 34 (1940)] III-4-1
vlag drapeau (fr.): drapo (Genk), vaan: vōͅən (Genk) vlag [ZND 17 (1935)] III-3-1