e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gulpen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
opbollen opdegen: opdē̜gǝ (Gulpen) De afgewogen deegstukken opbollen. Het opbollen dient om een mooie ronde bol te verkrijgen, waardoor het vormen van het brood veel gemakkelijker kan geschieden, dan wanneer men dit van het direct afgewogen stuk moet doen (Schoep blz. 99). Verder dient het om de fijnheid van rijs te be√Ønvloeden en de kleefstof soepeler te maken. Het opbollen kan met de hand of machinaal plaatsvinden. [N 29, 34; N 29, 30b; monogr.] II-1
opbollen van het beschuitdeeg opdegen: opdē̜gǝ (Gulpen) [N 29, 59a] II-1
opbrengst opbrengst: de opbrengst (Gulpen), de opbringst (Gulpen), opbringst (Gulpen), winst: winst (Gulpen) dat wat iets bij verkoping oplevert, de opbrengst [schoor, winst] [N 89 (1982)] III-3-1
opeenschuiven opeenschuiven: opèe sjuve (Gulpen) stroppen: Op elkaar schuiven (stroppen). [N 84 (1981)] III-1-2
openbare verkoop veiling: veiling (Gulpen), verkoop: verkaop (Gulpen) een openbare verkoping aan de meest biedende; verkoping bij opbod bijv. van huizen, landerijen, groenten en fruit, vis, etc. [roep, veiling] [N 89 (1982)] III-3-1
openbare weg steenweg: steeweeg (Gulpen), stĕĕiweg (Gulpen) een grote, doorgaande weg, een openbare straatweg (baan, grootbaan, steenweg, kasseiweg, klinkerd, klinkweg) [N 90 (1982)] III-3-1
opening in een galmgat galmlok: galmlaoëk (Gulpen) Elk van de openingen in zon venster [schal-laok,-loch?]. [N 96A (1989)] III-3-3
opereren opereren: operere (Gulpen, ... ) Opereren: een operatie verrichten (vlijmen, snijden). [N 84 (1981)] III-1-2
ophitsen ophitsen: ophietse (Gulpen), opstoken: opsteuke (Gulpen) een persoon of personen aanzetten tot ruzie [opstoken, hissen, opkitsen, oppinnen, opraden, aanlokken] [N 85 (1981)] III-1-4
ophouden met het werk ophouden: ophoute (Gulpen), uitscheiden: oetscheie (Gulpen), oetsjeië (Gulpen) ophouden (m.h. werk) [SGV (1914)] || ophouden met werken [afscheiden, uitscheiden, ophouden] [N 85 (1981)] III-1-4