e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Halen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pastoor pastoor (<lat.): pəstu.ər (Halen), pəstūər (Halen) pastoor [RND] || Pastoor. [ZND 14 (1926)] III-3-3
patates frites friet: Syst. Frings  fret (Halen) Patates frites (friet, petat?) [N 16 (1962)] III-2-3
pater pater (lat.): pu.əstər (Halen) pater [RND] III-3-3
peen, wortel poten: poete (Halen) I-7
peer, soorten peer: piər (Halen) [ZND 21 (1936)] I-7
peetoom peteren: petərə (Halen) peter (doopvader) [ZND 05 (1924)] III-2-2
peettante peet: pīət (Halen) meter (doopmoeder) [ZND 05 (1924)] III-2-2
penis van de stier sleuf: slø̜̄f (Halen) Mannelijk geslachtsorgaan. [JG 1a, 1b] I-11
penwortel van een den pennenwortel: pęnǝwøtǝl (Halen) De penvormige wortel van een dennenboom. [N 27, 9b] I-8
persen werken: werken (Halen) Het maken van uitdrijvende bewegingen, gezegd van de koe die gaat kalven. [N 3A, 47] I-11