e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heijen

Overzicht

Gevonden: 2777
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
joden joden: judden (Heijen) joden [SGV (1914)] III-3-3
jong (bn.) jong: jonk (Heijen) jong [t kind is nog ~] [SGV (1914)] III-2-2
jong van een dier jong: jōnk (Heijen), jōŋk (Heijen), klein beest: klèn beest (Heijen) [R 12, 38; S 16; L 1a-m; L 27, 47a; monogr.]jong (ve dier) [SGV (1914)] || klein beestje [DC 37 (1964)] I-11, III-4-2
jong van een rund jong: joŋ (Heijen) [N 3A, 4] I-11
jong varken pog: pok (Heijen), pox (Heijen), pogje: pø̜kskǝ (Heijen) Jong varken in het algemeen. [N 19, 3; N C, add.; L 1a-m; L 3, 2b; L 37, 49a; NE I.12; NE 2.I.9; JG 1a, 1b, 2c; AGV KI; S 3; RND 46 en 84; Vld.; Wi 51; Gwn 5, 12; monogr.] I-12
jonge gans gansje: gęnskǝ (Heijen) De benamingen in dit lemma duiden in het algemeen op een jonge gans. In vraag A 6, 5c werd gevraagd naar de dialectbenamingen voor "pasgeboren ganzen". De antwoorden zijn ook in dit lemma opgenomen. Hierdoor komen er onder andere (-)kuiken-opgaven voor. [L 34, 15; JG 1a; A 6, 5c; A 2, 42; monogr.] I-12
jongen jong: o = oo maar zeer kort  jŏng (Heijen), jongen: jonge (Heijen), mannetje: als hij heel klein is - tot een jaar of drie- zegt men ook wel: -  mĕnnəke (Heijen) jongen [DC 05 (1937)] || jongen (knaap) [SGV (1914)] III-2-2
jongen met wie een meisje verkering heeft vrijer: vri-jer (Heijen) Hoe noemt men den jongen met wien men verkeering heeft? (Hoe noemt men hem, wanneer men met hem verloofd is?) [DC 05 (1937)] III-2-2
jongen met wie men verloofd is aanstaande: ènstaonde (Heijen), vrijer: vri-jer (Heijen) Hoe noemt men hem, wanneer men met hem verloofd is? (Hoe noemt men den jongen met wien men verkeering heeft?) [DC 05 (1937)] III-2-2
jood jood: jut (Heijen, ... ) jood [SGV (1914)] III-3-1, III-3-3