25217 |
luchtx |
lucht:
locht (K360p Heusden, ...
K360p Heusden)
|
lucht [ZND 01 (1922)], [ZND 04 (1924)]
III-4-4
|
19619 |
lucifer |
stekje:
stekske (K360p Heusden, ...
K360p Heusden,
K360p Heusden)
|
lucifer [ZND 01 (1922)], [ZND 01 (1922)], [ZND 16 (1934)]
III-2-1
|
18918 |
lui |
lui:
ook materiaal znd 30, 41(hij is ook zo lui)
lui (K360p Heusden)
|
lui, traag [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
21346 |
lui (lieden) |
mensen:
de minse z⁄n vandaag allegaar boute op ⁄t veld en mèen (K360p Heusden),
mi͂.nsən (K360p Heusden)
|
De mensen zijn vandaag alle buiten op het veld en maaien. Mensen of lieden of lui enz. [ZND 04 (1924)] || mensen [RND]
III-3-1
|
18878 |
luid schreien |
beuken:
ook materiaal znd 28, 53
beuken (K360p Heusden),
schreeuwen:
ook materiaal znd 28, 53
schrieven (K360p Heusden)
|
luid schreien, krijten [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
23217 |
luiden |
luiden:
de klok luien (K360p Heusden)
|
De klok luiden. [ZND 30 (1939)]
III-3-3
|
23252 |
luiden voor de mis |
luiden voor de mis:
het luidt voor de mes (K360p Heusden)
|
Het luidt voor de mis. [ZND 30 (1939)]
III-3-3
|
20478 |
luier |
kindervoile:
kinnervool (K360p Heusden)
|
luier (kinderdoek) [ZND 01u (1924)]
III-2-2
|
20281 |
luiermand |
kinderskorf:
kinnerskurf (K360p Heusden)
|
korf of mand waarin de doeken of luiers van de kleine kinderen wordt bewaard? [ZND 37 (1941)]
III-2-2
|
19029 |
luilak |
luierik:
ook materiaal znd 30, 42 (luiaard)
luierik (K360p Heusden)
|
luilak [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|