e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hoepertingen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
loten loten: lotte (Hoepertingen) het spel waarbij de winnaar(s) door het lot word(t)(en) aangewezen [loten, loteren, lotelen, loteren] [N 112 (2006)] III-3-2
luchtpijpen luchtpijpen: loachpijpe (Hoepertingen) Luchtpijpen (loospijpen). [N 109 (2001)] III-1-1
luchtx lucht: ləwx (Hoepertingen, ... ), ps. bij benadering omgespeld volgens Grootaers.  lōͅ:x (Hoepertingen, ... ) lucht [ZND 01 (1922)], [ZND 04 (1924)] III-4-4
lucifer lucifer: lysifɛjər (Hoepertingen, ... ) lucifer [ZND 01 (1922)], [ZND 01 (1922)], [ZND 16 (1934)] III-2-1
lui lui: ook materiaal znd 30, 41(hij is ook zo lui)  leuə (Hoepertingen), loej (Hoepertingen), luijə (Hoepertingen), luiə (Hoepertingen) lui, traag [ZND 01 (1922)] III-1-4
lui (lieden) lui: li.j (Hoepertingen), mensen: de minsə zən huin alləmol tə bōtə opt vɛjlt enant mɛjə (Hoepertingen), deminsezenhò:nàmelbouetenoptfèldò[i}ntmèje (Hoepertingen), minsə (Hoepertingen), minsən (Hoepertingen), reəke manne (Hoepertingen), rijke minsen  rijke minsche (Hoepertingen) De mensen zijn vandaag alle buiten op het veld en maaien. Mensen of lieden of lui enz. [ZND 04 (1924)] || lui (lieden) [ZND 01 (1922)] || mensen [RND] || Rijke lieden [ZND 30 (1939)] || volk [RND] III-3-1
luid schreien grijnzen: ook materiaal znd 28, 53  grinsə (Hoepertingen), keken: ook materiaal znd 28, 53  keeəke (Hoepertingen), kiejeke (Hoepertingen) luid schreien, krijten [ZND 01 (1922)] III-1-4
luiden luiden: de klok luiə (Hoepertingen, ... ), de klok luiən (Hoepertingen), luie (Hoepertingen), luije (Hoepertingen, ... ), löjə (Hoepertingen), løjə (Hoepertingen) De klok luiden. [ZND 30 (1939)] || Luiden [luuje, lujje, loewe?]. [N 96A (1989)] || Luiden. [ZND 01 (1922)], [ZND A2 (1940sq)] III-3-3
luiden voor de mis luiden voor de mis: het ləd vər de mees (Hoepertingen), het lət vər də meis (Hoepertingen), hət luit voor de mees (Hoepertingen), ’t leuəd vərre myəs (Hoepertingen) Het luidt voor de mis. [ZND 30 (1939)] III-3-3
luiden voor een begrafenis inluiden: einluije (Hoepertingen, ... ) Het luiden bij de begrafenis [t loet tsóm jraaf?]. [N 96A (1989)] III-3-3