17645 |
heup |
heup:
heup (K278p Lommel),
høp (K278p Lommel, ...
K278p Lommel)
|
de heup (zijde van het lichaam) [ZND 26 (1937)] || heup [N 10b (1961)]
III-1-1
|
18087 |
heupjicht |
flerecijn:
flerecijn (K278p Lommel),
flurrecijn (K278p Lommel)
|
Ischias: ontsteking van de heupzenuw, heupjicht (ischias, geschot, steek(te), pleurijs, flerecijn). [N 107 (2001)]
III-1-2
|
33704 |
heuvel |
berg:
bɛrx (K278p Lommel),
bergje:
bɛrxskǝ (K278p Lommel),
kleine berg:
klęnǝn bɛrx (K278p Lommel)
|
Een kleine verhevenheid in het landschap. [L 34, 22]
I-8
|
24912 |
heuvel, kleine hoogte |
berg:
(ne) berg (K278p Lommel),
bergje:
Beͅrgskə (K278p Lommel),
⁄n bērrɛgsken (K278p Lommel),
hoogte:
wa d⁄en hoeïchte (K278p Lommel),
wa ⁄n hechte (K278p Lommel),
wa ⁄n hogte (K278p Lommel),
wa⁄en hogte (K278p Lommel),
kleine berg:
een klènen berg (K278p Lommel)
|
heuvel [ZND 34 (1940)] || wat een hoogte! [ZND 27 (1938)]
III-4-4
|
17776 |
hiel |
hiel:
hil (K278p Lommel),
vers:
ves (K278p Lommel),
vjes (K278p Lommel),
vessem:
vessem (K278p Lommel)
|
Het achterste gedeelte van de voet. [N 60, 168a] || hoe heet het achterdeel van de voet (fr. talon) [ZND 29 (1938)]
II-10, III-1-1
|
18470 |
hiel [wld ii.10, p. 7] |
hiel:
hiel (K278p Lommel)
|
Het achterste gedeelte van de voet? (hiel?) [N 60 (1973)]
III-1-3
|
30917 |
hielpand |
hak:
hak (K278p Lommel)
|
Het gedeelte van het boventuig dat de achterkant van de voet, het achterste deel van de zijkant van de voet en de bovenkant van de wreef bedekt. Zie afb. 18. [N 60, 17; N 60, 28]
II-10
|
18437 |
hielpand [wld ii.10, p. 24] |
hak:
hak (K278p Lommel)
|
Hoe noemt u het gedeelte van de schoen dat afgebeeld is op tek. 17? (hiel) [N 60 (1973)]
III-1-3
|
18344 |
hielstuk van een schoen |
contrefort (fr.):
contrefort (K278p Lommel),
keͅntrəfōͅr (K278p Lommel),
kontrefor (K278p Lommel),
hielstukje:
Dat is het bovenste van de hiel.
hielstukje (K278p Lommel)
|
contrefort || Een stijf stuk leer tot meerdere stevigheid in de schacht aan de hielkant tussen leer en voering vastgekleefd (contrefort, hielstijf, bezetsel?) [N 60 (1973)] || hielstuk [konterfort[ [N 24 (1964)] || Hielstukje? [N 60 (1973)]
III-1-3
|
23901 |
hiernamaals |
als we geleefd hebben:
as we geleefd hemmen (K278p Lommel),
na onze tijd:
na ozzen tijd (K278p Lommel)
|
Het hiernamaals, het namaals, het leven na dit leven. [N 96D (1989)]
III-3-3
|