20314 |
jonge vrouw |
jonge pul:
cf. WNT (XII-2), kol. 4791-4792 , s.v. "pul (II)- pullie"3. jong meisje, jonge dochter etc.
jong puel (L382p Montfort),
jonge vrouw:
jong vrouw (L382p Montfort)
|
jonge vrouw [kuie, koje, keuje] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
20159 |
jongen |
jong:
eine jong (L382p Montfort),
jòng (L382p Montfort)
|
jongen [DC 05 (1937)] || jongen (knaap) [SGV (1914)]
III-2-2
|
20365 |
jongen met wie een meisje verkering heeft |
vrijer:
ne vrieer (L382p Montfort),
vriejer (L382p Montfort),
vrieər (L382p Montfort)
|
de jongen met wie men verkering heeft [caprice, flip, vrijer] [N 87 (1981)] || Hoe noemt men den jongen met wien men verkeering heeft? (Hoe noemt men hem, wanneer men met hem verloofd is?) [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
20380 |
jongen met wie men verloofd is |
aanstaande:
aansstoondje (L382p Montfort),
verloofde:
verloofdə (L382p Montfort)
|
Hoe noemt men hem, wanneer men met hem verloofd is? (Hoe noemt men den jongen met wien men verkeering heeft?) [DC 05 (1937)] || verloofde [mannelijk] [caresseur] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
20334 |
jongste kind |
schaapje:
schaapje
sjöpke (L382p Montfort)
|
Wordt deze naam ook gebruikt voor het jongste kind (dat soms ook het zwakste is) van een groot gezin? [DC 25 (1954)]
III-2-2
|
24177 |
jongste vogeltje uit het nest |
jongste:
joonkstə (L382p Montfort),
kakjong:
kakjong (L382p Montfort),
kakkenestje:
kakkenestje (L382p Montfort)
|
een jonge vogel die nog niet kan vliegen (kakjong) [N 83 (1981)] || jongste vogel uit het nest (kakkenestje) [N 83 (1981)]
III-4-1
|
21335 |
jood |
jood:
juud (L382p Montfort, ...
L382p Montfort)
|
jood [SGV (1914)]
III-3-1, III-3-3
|
23211 |
judas |
judas:
Joedas (L382p Montfort)
|
Judas [SGV (1914)]
III-3-3
|
24623 |
judaspenning |
judaspenning:
eigen spelling
judaspènning (L382p Montfort),
WLD
judas penning (L382p Montfort)
|
Judaspenning (lunaria biënnis). sierplant met grote bladeren en meestal donker roodpaarse, zelden witte, bloemen. De onderste bladeren en die van de rozet zijn diep ingesneden bij de steel en spits aan de top, de bovenste haast ongesteeld. De plant wordt [N 92 (1982)]
III-4-3
|
20075 |
juffertje-in-het-groen |
juffertje in het groen:
-
jufferkes in ɛt greun (L382p Montfort),
eigen spelling
juffertje in ’t greun (L382p Montfort)
|
Juffertje in ¯t groen (nigella damascena). De hemelsblauwe bloemen zijn elk omgeven door een omhulsel van zeer fijn verdeelde bladeren; de kokervruchten zijn tot aan de top aaneen gegroeid (bij de wilde nigelle maar tot de helft) (spinnekop, kobbe, juffer [N 92 (1982)] || juffertje-in-het-groen [DC 60a (1985)]
III-2-1
|