32744 |
wendakkerhoeken |
hoeken:
hø̜ ̝i̯k (Q020p Sittard),
hǫu̯k (Q020p Sittard),
oordeinden:
ǭrt˱ęnjǝ (Q020p Sittard),
de volgende opgaven zijn enkelvoud
[oord]˱ęnj (Q020p Sittard)
|
Bij het ploegen van de keerstrook of wendakker blijft, behalve als men na elke voor bij het keren de ploeg terugtrekt en aan de kant inzet, aan beide zijden van de wendakker een vierkant of rechthoekig keerstrookje over, dat thans vaak onbewerkt blijft, maar vroeger veelal met de schop (soms met de riek) werd omgewerkt. Een enkele keer diende het voor een ander gewas dan op de rest van de akker verbouwd werd. [N 11, 50b; N 11A, 125c; A 33, 7; N P, 1]
I-1
|
17597 |
wenkbrauw |
oogsbrauw:
augsbrao (Q020p Sittard),
ougsbroa (Q020p Sittard)
|
wenkbrauw [DC 01 (1931)], [SGV (1914)]
III-1-1
|
19071 |
wensen |
wensen:
winsje (Q020p Sittard),
wnschen (du.):
wunsje (Q020p Sittard)
|
wenschen [SGV (1914)] || wensen
III-1-4
|
20634 |
wentelteefje |
verdwenen brood:
verweene braod (Q020p Sittard),
verwenst broodje:
verwunsjd breudje (Q020p Sittard),
wentelteefje:
wintjelteefke (Q020p Sittard)
|
Wentelteefjes (fleweene brood, fluweele brood, verdwene brood, verwèène brood?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
21485 |
werk (zn) |
werk:
werk (Q020p Sittard)
|
werk; ben je klaar met je -? [DC 03 (1934)]
III-3-1
|
21484 |
werk (zn.) |
werk:
werk (Q020p Sittard, ...
Q020p Sittard)
|
Eerst uw werk afmaken! [ZND 23 (1937)] || het werken, het arbeiden [foter, werk] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
25569 |
werkbank |
bank:
baŋk (Q020p Sittard),
hobelbank:
hobǝlbaŋk (Q020p Sittard)
|
De werkbank of tafel waarop de bolrijs plaatsvindt. [N 29, 35b] || In het algemeen de houten bank waaraan de timmerman het hout bewerkt. Dit type werkbank is doorgaans aan de voorzijde ter hoogte van één van de poten en soms ook aan de zijkant voorzien van een houten bankschroef. Zie ook afb. 113. [N 53, 208a; monogr.]
II-1, II-12
|
32000 |
werkbankblad |
bankenblad:
baŋkǝblā.t (Q020p Sittard)
|
Het werkvlak van de werkbank. Het werkbankblad bestaat uit een dik blok massief hout waarin verschillende vierkante en ronde gaten in zijn aangebracht. Zie ook de lemmata ɛstootblokgatɛ en ɛbankhaakgatɛ.' [N 53, 208c; monogr.]
II-12
|
18597 |
werkdaagse jas |
jas voor `s werkeldaags:
eine jas veur ⁄t sjwerkeldes (Q020p Sittard)
|
werkdagen (mv.) [een jas voor de - ] [SGV (1914)]
III-1-3
|
21486 |
werkdag |
werkeldag:
eine jas veur ⁄t sjwerkeldes (Q020p Sittard),
werkeldaagse kleijer (Q020p Sittard)
|
door-de-weekse kleren [t s werkendagse dinge, werkdinge] [N 23 (1964)] || werkdagen (mv.) [een jas voor de - ] [SGV (1914)]
III-3-1
|