e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Stevensweert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
knellen knellen: knèllö (Stevensweert), pitsen: pitse (Stevensweert), pitsö (Stevensweert) knellen [SGV (1914)] || Knellen: stijf drukken zodat daardoor een striem ontstaat (knellen, knijpen, duwen, wringen, klemmen). [N 84 (1981)] III-1-2
kneu heivink: heijvink (Stevensweert), kneu: kneu (Stevensweert) Hoe heet de kneu? [DC 06 (1938)] || kneu (13,5 wit in vleugel en staart; wilde man heeft in zomer rood voorhoofd en borst; hele jaar hier; veel op trek; broedt in veld en hei; roep [tut-tut-tut]; leuke zang; geliefde kooivogel [N 09 (1961)] III-4-1
kneuzen blutsen: blŭtse (Stevensweert), NCDN  blutsö (Stevensweert) blutsen [SGV (1914)] || Een appel of peer oppervlakkig beschadigen zoda er een zachte plek ontstaat (blutsen, kneuzen, keuzen). [N 82 (1981)] III-2-3
knie knie: knie (Stevensweert), kniej (Stevensweert, ... ) knie [DC 01 (1931)], [SGV (1914)] III-1-1
knieholte hees: hièsə (Stevensweert) knieholte [DC 01 (1931)] III-1-1
kniezen kniezen: Opm. bijv. ei knies ôar. (ps. boven de a staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a).  knieze (Stevensweert) kniezen [SGV (1914)] III-1-4
knijpen knijpen: kniepe (Stevensweert), knīēpö (Stevensweert), nijpen: niepe (Stevensweert), pitsen: pitse (Stevensweert), pitsö (Stevensweert) knellen [SGV (1914)] || Knellen: stijf drukken zodat daardoor een striem ontstaat (knellen, knijpen, duwen, wringen, klemmen). [N 84 (1981)] || Knijpen: vel of vlees met de vingers samenknijpen; drukken (nijpen, knijpen, pitsen). [N 84 (1981)] || nijpen [SGV (1914)] III-1-2
knikker marvel: /  mervele (Stevensweert), Opm. in gehucht köls, zelden.  mĕrvel (Stevensweert), meis: Meisj ist u.E. nichts anderes als eine Kontamination aus Plur. meij (neben maje) und dem benachbarten köls.  meisj [mei̯š} (Stevensweert) knikker [SGV (1914)] || knikkers [SND (2006)] || Murmel. III-3-2
knikkeren marvelen: mervele (Stevensweert), mervelen (Stevensweert), /  mervele (Stevensweert) knikkeren [SND (2006)] || Lievelingsspel 3. [SND (2006)] || Over het knikkerspel: het knikkeren. [N R (1968)] III-3-2
knikkerkuiltje kuiltje: kuulke (Stevensweert), marvelenkuiltje: mervelekuulke (Stevensweert) Een holletje in de grond, door de kinderen gebruikt bij het knikkeren? [DC 21 (1952)] III-3-2