e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hop hop: hop (Venlo), hophap: hoephap (Venlo, ... ) hop || Humulus lupulus L. Een tot 4,50 meter hoge slingerplant met een ruw-knobbelige stevige stengel, die bloeit van juli tot september: de mannelijke bloemen in vaalgele pluimen, de vrouwelijke in hangende trossen van bolvormige vruchtkegels, de zogenamde hopbellen. De olieachtige stof in deze hopbellen wordt gebruikt bij de bereiding van bier. [Wi 52; monogr.] I-5, III-4-1
hopen hopen: haope (Venlo), haope det (Venlo), haopə (Venlo) een gunstige verwachting hebben over iets wat men wenst [verhopen, hopen] [N 85 (1981)] III-1-4
hopen spreiden uitspreiden: utspręi̯ǝ (Venlo) Het uiteengooien van de middelgrote soort hopen. Het voorwerp van de overgankelijke werkwoorden is steeds: hopen. ø...ŋ wijst op identieke antwoorden als in het lemma ''zwaden spreiden''.' [N 14, 109] I-3
horen horen: good hure (Venlo) [N 84 (1981)] III-1-1
horens verwijderen afkappen: āfkapǝ (Venlo) Als de kop tot aan de horens afgehuid is, worden ze met een (hak)mes of een zaag bij de inplant verwijderd. In vele gevallen worden de horens met een bijl erafgeslagen. De woordtypen "blijven" en "ze aan het vel laten" duiden erop dat de horens a.h.w. aan de huid blijven vastzitten. [N 28, 42; monogr.] II-1
horizon einder: de einder (Venlo), indər (Venlo, ... ), horizon: hoorĭĕzón (Venlo), horizōn (Venlo), horizôn (Venlo) horizon, de lijn waar hemel en aarde elkaar lijken te raken [einder] [N 81 (1980)] III-4-4
horloge horloge: horloge (Venlo), hórloozjə (Venlo), relozie (Venlo), loge: loeëzie (Venlo), pols: póls (Venlo), polshorloge: polsreloozje (Venlo), polsrelozie (Venlo) horloge [SGV (1914)] || uurwerk dat men bij zich draagt, bijv. om de pols [glozie, lozie, allozie] [N 86 (1981)] III-1-3
horrelvoet hompelpoot: hompelpoëd (Venlo), horrelvoet: hórrəlvoot (Venlo), paardenpoot: péérdəpŏĕt (Venlo), paardenvoet: paerdevoot (Venlo), paardsvoet: paerdsvoot (Venlo) hompelvoet [SGV (1914)] || Misvormde voet (homperd, horjevoet, horrelvoet, homperpoot, strompelvoet, paardvoet). [N 84 (1981)] III-1-2
hotsen botsen: boetse (Venlo), bŏĕtsə (Venlo), hobbelen: hobbele (Venlo, ... ), hotsen: hótsə (Venlo), schokkelen: schoegele (Venlo), schøkele (Venlo) hotsen [SGV (1914)] || Hotsen: schokkend, stotend vooruitgaan (schokkelen, hotsen, hotselen, bodderen). [N 84 (1981)] || zachtjes schokken in of op een voertuig op een hobbelige weg (botteren, bottelen) [N 90 (1982)] III-1-2, III-3-1
houden houden: halde (Venlo) houden [SGV (1914)] III-1-2