e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vlodrop

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lange smalle broekzak boksenschede: boksesjijj (Vlodrop) zak, lange smalle ~ buiten op de rechter broekspijp waarin een lang mes e.d. wordt weggestoken [bokseschej] [N 23 (1964)] III-1-3
lange tijd toer: toer (Vlodrop) een lange tijdsruimte [toer] [N 91 (1982)] III-4-4
lange voorzijde van de mand voorkant: veurkant (Vlodrop) Hoe heet verder in Uw dialect: lange voorzijde van de mand? [N 93 (1983)] III-3-2
langpootmug hooiwagel: huiwagel (Vlodrop), hooiwagen: ideosyncr.  huijwage (Vlodrop) Hoe noemt u de grote mug met bijzonder lange, breekbare poten (langpootmug, horlogemaker, glazemaker, snijder) [N 83 (1981)] || langpootmug [DC 18 (1950)] III-4-2
langwerpig wittebrood weg: wek (Vlodrop) Langwerpig wittebrood (peel?) [N 16 (1962)] III-2-3
langzaam, traag traag: troag (Vlodrop) langzaam [lui, traag, stil, telijig] [N 91 (1982)] III-4-4
lap lap: lap (Vlodrop) sterke doek of stof [lap, vel, lel, del] [N 86 (1981)] III-1-3
lasteren lasteren: lasterre (Vlodrop), roddelen: roddelle (Vlodrop) het schenden van iemands goede naam [achterpraat, achterklap, laster] [N 85 (1981)] || iemands goede naam schenden [labbekakken, insteken, bespreken, rabbelen, klapperen, commeren] [N 85 (1981)] III-1-4
lastig (werken) lastig: lestig (Vlodrop) het moeilijk zijn [slameur, last] [N 85 (1981)] III-1-4
lastig kind wars: weirsj (Vlodrop) een kind met een lastig karakter [nest, bernuizig kind, erg] [N 85 (1981)] III-1-4