21548 |
openbare verkoop |
verkoop:
verkaop (L386p Vlodrop)
|
een openbare verkoping aan de meest biedende; verkoping bij opbod bijv. van huizen, landerijen, groenten en fruit, vis, etc. [roep, veiling] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
21150 |
openbare weg |
hoofdweg:
hoofweig (L386p Vlodrop)
|
een grote, doorgaande weg, een openbare straatweg (baan, grootbaan, steenweg, kasseiweg, klinkerd, klinkweg) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
18163 |
opereren |
opereren:
operreere (L386p Vlodrop)
|
Opereren: een operatie verrichten (vlijmen, snijden). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
19293 |
ophitsen |
ophitsen:
ophitse (L386p Vlodrop)
|
een persoon of personen aanzetten tot ruzie [opstoken, hissen, opkitsen, oppinnen, opraden, aanlokken] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19255 |
ophouden met het werk |
uitscheiden:
oetsjeije (L386p Vlodrop)
|
ophouden met werken [afscheiden, uitscheiden, ophouden] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
25150 |
opklaren |
opklaren:
opklaore (L386p Vlodrop)
|
opklaren, helder worden [op-, doorweere, optrekken, afzomen, zich klaren, opklaren] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
22016 |
opleren |
proefvliegen:
proofvleege (L386p Vlodrop)
|
Hoe zegt men / hoe noemt men in Uw dialect: jonge duiven (een paar kilometer van het hok) wegbrengen, om ze te leren [N 93 (1983)]
III-3-2
|
18811 |
opletten |
opletten:
letop (L386p Vlodrop)
|
aandacht geven, letten op [beletten, nikken] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18810 |
oplettend |
attent:
attent (L386p Vlodrop)
|
oplettend, achtslaan op wat kan gebeuren, gereed om te handelen, waakzaam [gewarig, gewaakzaam] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
21275 |
opmaken |
opmaken:
gaeld opxəmak (L386p Vlodrop)
|
geld opdoen (opmaken) [RND]
III-3-1
|