| 33031 |
aftrekken, uitwinnen |
bijeenrollen:
bīęi̯nrǫlǝ (L329p Roermond)
|
Na het inkappen rolt de maaier met de mathaak de halmen samen en haalt ze naar zich toe. Het is de "tweede fase" van de zichtbehandeling. Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf en bij het lemma ''afleggen'' (4.4.3) bij het maaien met de zeis. [N 15, 16g; JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 23, 16.2; L 48, 34.2; Lu 2, 34.2; monogr.; add. uit N 15, 16i]
I-4
|
| 21383 |
aftroggelen |
afloensen:
aafloensjə (L329p Roermond),
aftroffelen:
aaftroefele (L329p Roermond),
aftroggelen:
aaftroegele (L329p Roermond),
aaftroggələ (L329p Roermond)
|
listig of met bedrog iets van iemand weten te krijgen [troggelen, aftroggelen, uitschillen, affoefelen, aftruifelen, aftisselen, afstrepen, affutselen, afzetten] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 34002 |
aftuigen |
aftuigen:
āftȳgǝ (L329p Roermond)
|
Het paard van het trektuig ontdoen door de verschillende delen van het paardetuig los te gespen en af te nemen. [JG 1b; N 8, 97b]
I-10
|
| 19701 |
afwas |
afwas:
aafwas (L329p Roermond),
āfwas (L329p Roermond)
|
afwas || het gezamenlijke vaatwerk, dat op een bepaald moment afgewassen moet worden [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
| 19580 |
afwassen |
afwassen:
āfwasə (L329p Roermond),
schotelen wassen:
de vaat niet gebuikelijk
sjóttelewasse (L329p Roermond),
Waem hulp mich mit sjóttelewasse Bös-te klaor mit sjóttelwasse
sjóttelewasse (L329p Roermond)
|
de vaat (wassen) || de vaat wassen || vaatwerk (borden, lepels, messen, pannen, enz.) met behulp van warm water of zeepsop schoonmaken [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
| 19529 |
afwasteil, afwasbak |
afwasbak:
aafwasbak (L329p Roermond, ...
L329p Roermond,
L329p Roermond,
L329p Roermond,
L329p Roermond,
L329p Roermond,
L329p Roermond,
L329p Roermond),
afwasbak (L329p Roermond, ...
L329p Roermond),
afwasbakje:
aafwasbekske (L329p Roermond)
|
afwasbak [N 07 (1961)] || bak waarin men afwast [N 20 (zj)]
III-2-1
|
| 19655 |
afwaswater |
schotelwater:
\'t sjóttelwater is mich kaad gewaore mit det kletse Dae kóffie is neet te drinke, \'t is juus sjóttelwater
sjóttelwater (L329p Roermond)
|
afwaswater
III-2-1
|
| 21682 |
afzetten |
afzetten:
aafzitte (L329p Roermond),
aafzittə (L329p Roermond),
snijden:
sjnieje (L329p Roermond)
|
meer laten betalen dan een artikel waard is; te duur doen betalen [strepen, aankomen, strafelen, straffen, stropen, stroefen, scholpen, nijpen, afdrogen, overschatten] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 23648 |
agnus dei |
lam gods:
lan gods (L329p Roermond)
|
Het (vaste) misgezang dat na het Onze Vader wordt gezongen, het Agnus Dei. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 24648 |
akelei |
pantoffeltjes:
WLD
pantuufelkes (L329p Roermond),
riet:
reèt (L329p Roermond)
|
Akelei (aquilegia vulgaris 30 tot 80 cm hoog. De stengels groeien rechtop en zijn bovenaan vertakt; de bladeren zijn meestal 3-tallig met brede, diep gekartelde blaadjes; de bloemen zijn groot en hangend, de kroonbladeren zijn trechtervormig, met aan de [N 92 (1982)]
III-4-3
|