e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q095a plaats=Caberg

Overzicht

Gevonden: 1390
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
broer broer: broer (Caberg) broer [DC 03 (1934)] III-2-2
bron bron: bron (Caberg) bron, natuurlijke opening in de grond waar water uit de grond opwelt [kwel, wel] [N 81 (1980)] III-4-4
brood brood: broed (Caberg) brood [DC 03 (1934)] III-2-3
bruidje in de processie bruidje: e bruudje (Caberg) Bruidje in de processie. [N 07 (1961)] III-3-3
bruiloft bruiloft: de broelof (Caberg) de plechtigheid waarbij het samenleven van een man en een vrouw wettelijk geregeld wordt [huwelijk, trouw, trouwerij] [N 87 (1981)] III-2-2
brutaal astrant: astrant (Caberg, ... ), onbeschaamd: oonbesjeemp (Caberg) geen schaamte hebbend [(zeer) brutaal, astrant, frech, vrank, frank] [N 87 (1981)] || zeer onbeschaamd, zeer brutaal [astrant, ekstrant, onbeschoft] [N 85 (1981)] III-3-1
bui, regenbui schoer: sjoor (Caberg) regenbui, korte periode van regen [frontbui, gurze, schoer] [N 81 (1980)] III-4-4
buitenechtelijk kind basterd: basterd (Caberg) een niet uit een wettelijk huwelijk geboren kind, buitenechtelijk kind [bastaard, speelkind, voorloper, voorkind] [N 86 (1981)] III-2-2
buitenzak op een jas jassentas: jassetes (Caberg) buitenzak in een jas [jassetes] [N 23 (1964)] III-1-3
bullebak boeba: vgl. Maastricht Wb. (pag. 41): boeba, boeman, bietebauw.  boeba (Caberg) iemand die probeert door nors, ruw optreden anderen bang te maken [woew, bietebouw, bullebak] [N 85 (1981)] III-3-1