e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L363p plaats=Ellikom

Overzicht

Gevonden: 1613
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
flikflooien fletsen: fletse (Ellikom), flikflooien: flikfluje (Ellikom) flemen, vleien || mooipraten, mouwvegen III-1-4
fokmerrie veulensmeer: vīǝ.lǝsmē̜.r (Ellikom) Een merrie geschikt voor de kweek of die één of meer veulens gehad heeft. Een kweekmeer werkt niet (Q 168), terwijl een veulensmeer ook in de kar loopt (Q 77). In tegenstelling tot een veulensmeer is een kweekmeer gewoonlijk drachtig. Kleinere boeren zorgen ervoor een veulensmeer te hebben, die jaarlijks een veulen werpt, waardoor elk jaar een aanspanner ter beschikking staat. [JG 1a, 1b; N 8, 50b] I-9
fokzeug zoog: zūi̯.x (Ellikom) Zeug die men houdt om biggen te winnen. [JG 1a, 1b; N M, 22 add.; monogr.] I-12
fooi fooi: aalmoes  foei (Ellikom) fooi [ZND 35 (1941)] III-3-1
fopspeen lots: syn. tuter  lòts (Ellikom) fopspeen III-2-2
fortuin maken fortuin maken: Hè zal fortuen maken (Ellikom) Fortuin. [ZND 35 (1941)] III-3-1
framboos framboos: framboeəz (Ellikom), hennenbeer: hinnebiêre (Ellikom) framboos [ZND 34 (1940)] I-7
frankrijk frankrijk: Ve hemmen in Frankriek gezèten (Ellikom) Wij hebben in Frankrijk gezeten. [ZND 35 (1941)] III-3-1
fret fret: fret (Ellikom) fret [ZND 48 (1954)] III-4-2
fruit, slechte kwaliteit kraatsel: kraatsel (Ellikom) fruit, slecht, minderwaardig — I-7