e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P047p plaats=Loksbergen

Overzicht

Gevonden: 3995
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zich bemoeien met bemoeien: bemuën (Loksbergen) ik kan me daarmee niet bemoeien [ZND 21 (1936)] III-3-1
zich gedragen voegen: vūūjəgə (Loksbergen) zich goed gedragen [zich voegen, zich gevoegen] [N 85 (1981)] III-1-4
zich heel wat inbeelden; ingebeeld persoon (een) airtje hebben: èèrkə hèmə (Loksbergen), in zijn bol hebben: in zénə bol hèmə (Loksbergen), jan-mijn-kloten zijn: jàn mén klōēwətə zén (Loksbergen), pretentie hebben: prətènsə hèmə (Loksbergen), veel verbeelden: feejələ vərbéldə (Loksbergen) een vertoon van grootheid [kasgenade, geneuk, paret] [N 85 (1981)] || vervuld en blijk gevend van een gevoel van meerderheid boven anderen [groots, fier, trots, heel, freet, moedig, moetig,glorieus] [N 85 (1981)] || zich heel wat inbeeldend, een te hoge mening van zich zelf hebben [veel kak hebben, veil hebben, ophangen, veel gasconnades veil hebben] [N 85 (1981)] III-1-4
zich kwaad maken colrig (<fr.): klèèrəg (Loksbergen), kwaad maken: kòòwət máákə (Loksbergen), opjagen: ŏĕpjáágə (Loksbergen) zich kwaad maken [zich opruien, zich optoornen, uit zijn korf schieten] [N 85 (1981)] III-1-4
zich laten inschrijven voor het huwelijk bij de pastoor pastoor gaan: pəstoerərgoin (Loksbergen) Zich laten inschrijven voor het huwelijk bij de pastoor, "naar pastoor gaan". [N 96D (1989)] III-3-3
zich over de rug wentelen (zich) wentelen: wei̯njkjǝlǝ (Loksbergen) Geregeld gaan de paarden op hun rug liggen en slaan met de poten in de lucht. Zij doen dit vooral bij jeuk of buikpijn. [JG 1a, 1b; N 8, 69] I-9
zich schamen zich generen: zjənèrə (Loksbergen) zich verlegen of onbehaaglijk voelen tengevolge van het besef dat men iets doet of gedaan heeft dat tot oneer of spot strekt, of daar getuige van zijn [zich generen, schieten, sieneren] [N 85 (1981)] III-1-4
zich verkneuteren ophemelen: oephijmələ (Loksbergen) zich in zijn eentje vrolijk of blij maken [kaoieren] [N 85 (1981)] III-1-4
zich verslikken verslikken: vərslikkə (Loksbergen) Hoe noemt U: In de slokdarm blijven steken, gezegd van een hap voedsel (kroppen) [N 80 (1980)] III-2-3
zich vervelen ambeteren (< fr.): www.vandale.be: ambeteren (Belg., inf.), ergeren, vervelen, lastig vallen [sic], plagen.  ambətijrə (Loksbergen) niet weten wat te doen en daardoor onaangenaam gestemd zijn [moe worden, ruiteren, zich vervelen] [N 85 (1981)] III-1-4