33802 |
achterknie |
hakken:
hakǝ (Q091p Veldwezelt),
knie:
knęi̯ (Q091p Veldwezelt)
|
Uitstekend achterpootsgewricht van het paard. Een gedeelte van de termen duidt niet de uit- maar de insprong of knieholte aan. Zie afbeelding 2.40. [JG 1a, 1b, 2c; N 8, 32.1, 32.5, 32.9, 32.10, 32.11 en 32.12]
I-9
|
19445 |
achteruit |
terug:
tryk (Q091p Veldwezelt)
|
Voermansroep om het paard achteruit te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95l en 96; L B 2, 254; L 36, 81b; monogr.]
I-10
|
34584 |
achterwand |
achterste hoofd:
ā.tǝrstǝ hɛi̯t (Q091p Veldwezelt),
achterste schutbred:
ā.tǝrstǝ šęt˱brē.t (Q091p Veldwezelt)
|
De afneembare achterplank van de kar of wagen. Deze plank werd tussen de twee zijwanden geschoven om de laadruimte af te sluiten en kon tijdens het lossen weggenomen worden. Voor de betekenisontwikkelingen van de verschillende woordtypes, zie de toelichting bij het lemma voorwand. Op de kaart zijn voor Belgisch Limburg alleen de gegevens uit de mondelinge enquête opgenomen. [N 17, 30a + 36 + 48; N G, 61c; JG 1a; JG 1b; JG 2b; JG 2c; A 26, 1a; Lu 4, 1a; L 33, 4; L 40, 56; monogr.]
I-13
|
17650 |
achterwerk |
kont:
koont (Q091p Veldwezelt),
vot:
vot (Q091p Veldwezelt)
|
buil op het hoofd [buts, buil] [N 109 (2001)]
III-1-1
|
17781 |
adem |
adem:
ig heb ge͂nen ojem nie (Q091p Veldwezelt)
|
Ik kon niet ademen [ZND 19 (1936)]
III-1-1
|
17685 |
ademen |
ademen:
ig kin nie ôjemen (Q091p Veldwezelt),
geen adem meer hebben:
[= tegenovergestelde]
ig heb ge͂nen ojem nie (Q091p Veldwezelt)
|
Ik kon niet ademen [ZND 19 (1936)]
III-1-1
|
17682 |
ader |
ader:
de ōjere van z`nn vêrkop (Q091p Veldwezelt),
n ôjer op snije (Q091p Veldwezelt)
|
de aderen van zijn voorhoofd [ZND 19 (1936)] || een ader opensnijden [ZND 19 (1936)]
III-1-1
|
34247 |
afgeroomde melk |
afgelaten melk:
ǭ.fxǝlǭtǝ mę.lǝk (Q091p Veldwezelt),
afgeroomde melk:
ǭ.fxǝręi̯mdǝ mę.lǝk (Q091p Veldwezelt)
|
De vloeistof die overblijft als de melk ontroomd is. [A 7, 15 en 17; A 23, 4a; L 27, 29; JG 1a, 1b; L 1u, 103; Lu 1, 3 en 4a; monogr.]
I-11
|
17583 |
afhangend kuifje (bij kortgeknipt haar) |
bles:
blès (Q091p Veldwezelt),
pony:
ponnie (Q091p Veldwezelt)
|
Kortgeknipt haar met alleen van voor een afhangend kuifje (ponnie, fru(fru), bles, stroef, kapoel). [N 109 (2001)]
III-1-1
|
25397 |
afhuiden |
villen:
vęlǝ (Q091p Veldwezelt)
|
Met behulp van een rond mes snijdt men, de hand soepel vanuit de pols bewegend, de huid los van het lijf. In P 108 werden kalveren met een fietspomp opgeblazen, waardoor de huid lichter werd. Zodoende kon men die makkelijker verwijderen. [N 28, 51; monogr.]
II-1
|