e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Baarlo

Overzicht

Gevonden: 4283

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
acoliet oudere misdienaar: aojere mesdeener (Baarlo) Een acoliet, een oudere misdienaar. [N 96B (1989)] III-3-3
adamsappel adamsappel: adamsappel (Baarlo), hoeperd: hoepert (Baarlo) adamsappel [N 10 (1961)] III-1-1
adem adem: oam (Baarlo) adem [SGV (1914)] III-1-1
ademen ademen: aome (Baarlo), aomen (Baarlo), ademhalen: oam hale (Baarlo) ademen [N 10a (1961)], [SGV (1914)] III-1-1
ader ader: aor (Baarlo), oar (Baarlo, ... ), oare (Baarlo) ader [N 10a (1961)], [SGV (1914)] || aderen [SGV (1914)] III-1-1
advent advent (<lat.): advent (Baarlo, ... ), adventstijd: adventstied (Baarlo) De tijd van vier zondagen voor Kerstmis (Advent, kleine vasten). [N 96C (1989)] III-3-3
afdak afdak: afdaak (Baarlo) afdak [SGV (1914)] III-2-1
afdakje boven de poort afdak: āf˱dāk (Baarlo) Het kleine afdakje dat op een muur is geconstrueerd boven de poort. [N 4A, 43b] I-6
afdingen pingelen: pingele (Baarlo), tengelen: vgl. WBD III, 3.1 (pag. 59): tengelen: Retie.  tenkele (Baarlo) beknibbelen, Op de prijs ~, de prijs omlaag trachten te drukken [afpeekele, afprengelen, afpenkelen, pingelen?] [N 21 (1963)] III-3-1
afgeroomde melk fugemelk: fȳsmɛlk (Baarlo), ondermelk: ondermelk (Baarlo) De vloeistof die overblijft als de melk ontroomd is. [A 7, 15 en 17; A 23, 4a; L 27, 29; JG 1a, 1b; L 1u, 103; Lu 1, 3 en 4a; monogr.] I-11