25598 |
aanbrengen van gaatjes in het deegbrood |
aanpunten:
aanpunten (L432a Koningsbosch),
brood stoppen:
brut stopǝ (Q003p Genk),
kotjes steken:
køtjǝs stē̜kǝ (Q180p Mal),
kotter douwen:
kutǝr dǭwǝ (P177p Zepperen),
locht maken:
lox māxǝ (Q121e Kaalheide),
met de forket inprikken:
met dǝ foršɛt enprekǝ (Q019p Beek),
pikken:
pekǝ (L292p Heythuysen, ...
L414p Houthalen,
P056p Stokrooie),
pitsen:
petsǝ (L291p Helden),
prikkelen:
prekǝlǝ (Q193p Gronsveld),
prikken:
pre?ǝ (K314p Kwaadmechelen),
pre?ǝn (K278p Lommel),
prekǝ (Q083p Bilzen, ...
Q095p Maastricht,
L265p Meijel,
Q030p Schinveld,
L270p Tegelen,
Q112p Voerendaal),
prikken (L163p Ottersum),
prikken met forket:
prekǝ mɛt fǫrkē̜t (L289b Leuken),
steken:
stikǝ (L372p Maaseik),
stē̜kǝ (L317p Bocholt, ...
L318b Tungelroy,
L271p Venlo),
stīǝkǝ (Q002p Hasselt),
stɛ̄kǝ (L312p Neerpelt),
štē̜kǝ (L330p Herten, ...
L292p Heythuysen,
L290p Panningen),
stempelen:
stɛmpǝlǝ (Q082p Munsterbilzen),
stevelen:
štīfǝlǝn (Q036p Nuth),
stippelen:
stepǝlǝ (L432a Koningsbosch, ...
L372p Maaseik,
Q095p Maastricht,
Q012p Rekem),
stippelen (Q187a Heugem),
støpǝlǝ (Q018p Geulle, ...
Q028p Jabeek,
L427p Obbicht,
Q015p Stein),
štepǝlǝ (Q038p Amstenrade, ...
Q193p Gronsveld,
Q203p Gulpen,
Q197p Noorbeek,
Q097p Ulestraten,
Q204p Wittem),
štipǝlǝ (Q035p Brunssum, ...
Q198p Eijsden,
Q202p Eys,
Q113p Heerlen,
Q121p Kerkrade,
Q198b Oost-Maarland,
Q112b Ubachsberg,
Q117a Waubach),
štøpǝlǝ (Q035p Brunssum, ...
Q021p Geleen,
Q028p Jabeek,
Q033p Oirsbeek,
L432p Susteren),
stippen:
stepǝ (P176a Melveren),
stippen (P176b Bevingen, ...
P176p Sint-Truiden),
strepen:
štrēpǝ (Q121p Kerkrade),
tekenbrood:
tęjkǝnbruǝt (L269a Hout-Blerick),
tippelen:
tipǝlǝ (Q121p Kerkrade)
|
Met behulp van een vork, een plank met spijkers of ijzeren tanden, een houtje, een spijker of simpelweg een vinger worden gaatjes in het deegbrood aangebracht. [N 29, 42; N 29, 30b; monogr.]
II-1
|