e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
betrappen aanhouden: aangehâgen (Stokrooie), aonhage (Hasselt), aonhâəven (Kwaadmechelen), attraperen (<fr.): atraperə (Borgloon, ... ), atrapērən (Hamont, ... ), atrappeeren (Koersel), atrapperə (Maastricht), atrappéere (Wellen), atrəpiərə (Kortessem), attrapeere (Beverlo, ... ), attrapeeren (Achel, ... ), attrapeerə (Montfort, ... ), attrapeiren (Sint-Lambrechts-Herk, ... ), attrapere (Haelen, ... ), attraperen (Bree, ... ), attrapēīre (Opglabbeek), attrapieren (Sint-Truiden), attrapieëren (Groot-Gelmen), attrappeerə (Oirsbeek), attrappere (Maastricht, ... ), attrapperen (Blerick), attrappiere (Heers), attrappèren (Eigenbilzen), attrapèere (Gruitrode), attrapèren (Opglabbeek), attrejeeren (Lommel), getrappjè:t (Mal), gəattrapert (Vroenhoven), àtràpeerə (Venlo), àttrappēērə (Maastricht), àttràppeerə (Maastricht), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: deze lijst heb ik letterlijk, zoals invuller het genoteerd heeft overgenomen!  geààtrààp.peert (Maastricht), Opm. zo wordt het ook genoemd.  attrapiere (Tienray), ps. letterlijk overgenomen, zoals invuller het genoteerd heeft (dus met ´ op het eind; dit niet omgespeld!).  attraperĕ (Echt/Gebroek), ps. omgespeld volgens Frings!  atrapērə (Houthalen), beetpakken: beetpakken (Kwaadmechelen), betrappen: betappen (Neeroeteren), betrappe (Blerick, ... ), betrappen (Born, ... ), betrappĕ (Vroenhoven), betrapt (Oirlo), betràppe (As), betráppe (Swalmen, ... ), bètrappə (Guttecoven), bətrappə (Grathem, ... ), bətràppə (Susteren), in de kuif pikken: in de kuif pikke (Venlo), knoepen: knoepen (Hasselt), krijgen: krije (Lontzen), op de tij komen: cf. WNT sub tijd: te tijde, te tij, 1. bijtijds, tijdig; -2. te gelegener tijd.  drop te tij koûmen (Jeuk), op den tij kø͂ͅme (Spalbeek), op een nest vangen: op ⁄en nest vange (Opitter), op te tij komen: cf. WNT sub tijd: te tijde, te tij, 1. bijtijds, tijdig; -2. te gelegener tijd.  d⁄rop te tij komen (Borlo), opdoemen: opdūme (Borgloon), opdoen: opdoe[e}n (Wellen), opdoe[i}n (Zepperen), opdun (Ulbeek), opdôên (Ulbeek), oppakken: upache (Susteren), pakken: pakke (Beverlo, ... ), pakken (Achel, ... ), pakken vuurij hè wol voertloopen (Bilzen), pakkə (Meldert), pakə (Gutshoven), pākken (Sint-Truiden), pàkə (Loksbergen), snappen: gesnap (Maastricht), schnappe (Moresnet), sjnappe (Geleen, ... ), sjnàppə (Heerlen), snappe (Kaulille, ... ), snappen (Bocholt, ... ), snôpen (Kuringen), stekken: gestekt wèren (Achel), ter tij komen: cf. WNT sub tijd: te tijde, te tij, 1. bijtijds, tijdig; -2. te gelegener tijd.  ter teͅi kōmə (Hasselt), traperen (<fr.): getrappèrd (Vucht), trap[i}ērən (Diepenbeek), trapeere (Simpelveld, ... ), trapeeren (Diepenbeek, ... ), trapeerə (Schinnen), trapere (Blerick, ... ), traperen (Eksel, ... ), traperə (Doenrade), traperən (Beringen, ... ), trapērn (Zonhoven), trapērə (Opgrimbie, ... ), trapijeere (Waltwilder), trappeejeren (Lommel), trappeere (Beringen, ... ), trappeeren (Helchteren, ... ), trappeerə (Kapel-in-t-Zand, ... ), trappeerən (Urmond), trappeire (Nieuwstadt), trappeiren (Bree), trappere (Amby, ... ), trapperen (Blerick, ... ), trappiere (Riksingen), trappjierre (Grote-Spouwen), trappärə (Zichen-Zussen-Bolder), trappèren (Opoeteren), trappèrn (Brunssum), trappére (Klimmen, ... ), trapère (Rosmeer), trapèèrən (Diepenbeek), trapééren (Riemst), trap‧ēərə (Eys), trap⁄jɛr`ə (s-Herenelderen), tràpeerə (Gennep), tràpers (Sevenum), tràppeere (Sevenum), tràppeerə (Epen), tràppéére (As), trápeerə (Heel), trâpiere (Venray), trâppere (Schimmert), tttrapeerə (Beverlo), Algemene opmerking v.d. invuller: in het Meerlos dialect bestaat geen uitgangs "n"!  trappiere (Meerlo), Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!  tràpēērə (Nieuwenhagen), ps. omgespeld volgens RND!  trəpēͅrə (Meeuwen), uitkomen: bij hun oetkoe[u}mme (Geistingen), outkome (Sint-Lambrechts-Herk), oͅp ø͂ͅt kōmə (Herk-de-Stad), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller noteert bij spellingssysteem: WBD-WLD, behalve je = dj.  dó bən ig just bīē ūūtgəkūūmə (Opglabbeek), vangen: vangen (Hasselt), vatten: fḁleͅ (Leopoldsburg), verrassen: verrasse (Paal), verrassen (Achel, ... ), verrāsen (Diepenbeek), verràsse (As), veͅra[ə}sse (Leopoldsburg), verschalken: verschalken (Lommel) betrappen [ZND 32 (1939)] || een dief bij het stelen verrassen [betrappen, attraperen] [N 90 (1982)] III-3-1