18400 |
borstrok |
borst:
bøst (P048p Halen),
borstlap:
boͅrslap (P051p Lummen),
borstlijf:
boͅrstlīf (Q007p Eisden),
borstlijfje:
boͅslaifkə (Q177p Millen),
boͅsleͅfkə (Q162p Tongeren),
borstrok:
boersjrok (Q096a Borgharen),
boorsrok (Q095a Caberg, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q104p Wijk),
boorstrok (L265p Meijel),
borschrok (Q019p Beek, ...
Q101p Valkenburg),
borsjrok (Q022p Munstergeleen, ...
Q097p Ulestraten),
borsrok (Q019p Beek, ...
L269b Boekend,
L381p Echt/Gebroek,
Q018p Geulle,
L330p Herten (bij Roermond),
Q039p Hoensbroek,
L298p Kessel,
L372p Maaseik,
Q009p Mechelen-aan-de-Maas,
L299p Reuver,
Q020p Sittard,
L378p Stevensweert,
L432p Susteren,
L432p Susteren,
L331p Swalmen,
L270p Tegelen,
L270p Tegelen,
L271p Venlo,
L271p Venlo,
L289p Weert),
borstrok (L269p Blerick, ...
L320a Ell,
L326p Grathem,
Q039p Hoensbroek,
L321a Ittervoort,
Q028p Jabeek,
Q015b Kerensheide,
L422p Lanklaar,
L377p Maasbracht,
L321p Neeritter,
Q117p Nieuwenhagen,
L322a Nunhem,
Q036p Nuth/Aalbeek,
Q036p Nuth/Aalbeek,
L216p Oirlo,
Q030p Schinveld,
L318b Tungelroy,
L318b Tungelroy,
L318b Tungelroy,
Q014p Urmond,
L210p Venray,
L210p Venray,
L210p Venray,
Q117a Waubach,
L289p Weert,
L289p Weert,
L289p Weert),
borstrok [boͅrstroͅk} (Q096c Neerharen),
bosroͅk (Q080p Vliermaal),
bōͅrstroͅk (L282p Achel),
boͅrsroͅk (Q011p Boorsem, ...
Q007p Eisden,
Q009p Mechelen-aan-de-Maas,
L424p Meeswijk,
L371p Ophoven,
Q012p Rekem),
boͅrstrok (P055p Kermt),
brosrok (Q119p Eygelshoven),
bòòrsrok (L387p Posterholt),
bórsjròk (Q039p Hoensbroek),
bórsrók (L329p Roermond),
bórstrok (L329p Roermond, ...
L329p Roermond),
+/- 1945
borstrok (L210p Venray),
Dunner dan sjtoep.
borsjrok (Q098p Schimmert),
gebreid van jaeger
borsrok (L271p Venlo),
gedragen onder het hemd
borstrok (Q198p Eijsden),
in enkele gevallen nog gedragen door mensen ouder dan 70
borstrok (L245b Tienray),
informant: is van tricot
borstrok (L287p Boeket/Heisterstraat),
informant: voor mannen
borsrok (L332p Maasniel),
Mannen.
borstrok (Q113p Heerlen),
mannenonderhemd met mouwtjesm gedragen door mannen vanaf ±14 jaar
borsrok (Q222p Vaals),
nog maar zeer zelden gedragen
borsrok (L318p Stramproy),
vgl. humperok* (hemdrok).
boorsrok (Q095p Maastricht),
werd onder het hemd gedragen
borsrok (Q118p Schaesberg),
wordt gedragen over het lijfke
boorsrok (Q096b Itteren),
wordt nog gedragen door mensen op hogeren leeftijd
boorsrok (Q095p Maastricht),
wordt nog gedragen door vrouwen van boven de 55 jaar
borsrok (L270p Tegelen),
zie ook lyfke.
boësrok (Q193p Gronsveld),
borstrokje:
borströkske (L372a Aldeneik),
brassiretje (<fr.):
brasjèèrke (P176p Sint-Truiden),
cache-corset (fr.):
kaskorsē (L286p Hamont),
kaškoͅrse (Q002p Hasselt),
kaṣkorse: (K357p Paal),
casaquin (fr.):
Fr. casaquin, voor vrouwen
kazekĕ (Q013p Uikhoven),
combinaison (fr.):
koͅmbĕnezo͂ (Q002p Hasselt),
flanel:
In zomer. WNT: flanel, ontl. aan fr. flanelle uit eng. flannel. 1) Als stofnaam [...]; - 2) Als voorwerpsnaam. Kleedingstuk van de onder 1) genoemde stof, bestemd om op het bloote lichaam te worden gedragen. Een flanel wordt gewoonlijk over de geheele lengte met knoopen gesloten en heeft geen of korte mouwen.
flanel (Q098p Schimmert),
WNT: flanel, ontl. aan fr. flanelle uit eng. flannel. 1) Als stofnaam [...]; - 2) Als voorwerpsnaam. Kleedingstuk van de onder 1) genoemde stof, bestemd om op het bloote lichaam te worden gedragen. Een flanel wordt gewoonlijk over de geheele lengte met knoopen gesloten en heeft geen of korte mouwen.
flanel (Q035p Brunssum),
gestrikt ondergoed:
gestrik ondergoed (Q086p Eigenbilzen),
giletje (<fr.):
žəlēkə (L360p Bree),
hart:
hat (P222p Opheers),
hemdenrok:
hemperok (L269a Hout-Blerick),
humperok (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
[sic, cfr. ook vraagstelling]
humperok (Q095p Maastricht),
hemdrok:
haemdrók (L266p Sevenum),
haemprok (L269p Blerick, ...
L271p Venlo,
L271p Venlo,
L271p Venlo),
hemdrok (L246p Horst, ...
L216p Oirlo),
heͅmproͅk (K278p Lommel),
himdrok (L210p Venray, ...
L210p Venray,
L210p Venray),
hŭmprok, heumpròk (Q095p Maastricht),
hémdrok (L164p Gennep),
hémprok (L295p Baarlo),
hêmprok (L289p Weert),
+/- 1925
hemdrok (L210p Venray),
gemaakt van flanelm molton of wol
himdrok (L210p Venray),
Ontwikkeling van homorganische (bilabiale) b na m.
heͅmbrok (K278p Lommel),
vroeger gemaakt van flanel en nu meer interlock of jaegerwol
himdrok (L210p Venray),
hemdsrok:
hempsrok (L270p Tegelen),
hemsrŏk (L265p Meijel),
hĕĕmdsrok (L290p Panningen),
heͅmsroͅk (L265p Meijel),
hĭmpsrók (L290a Egchel),
hémsròk (L265p Meijel),
spelling: Frings
hömsròk (K357p Paal),
jupon (fr.):
Van Dale (FN): jupon, (onder)rok.
jupon (Q001p Zonhoven),
kamizool (<fr.):
kamesaol (L423p Stokkem),
kamezaol (L318b Tungelroy),
kamezol (Q077p Hoeselt),
kammezaol (L326p Grathem, ...
L322a Nunhem,
L329p Roermond),
kammezool (L369p Kinrooi, ...
Q001p Zonhoven),
kammezòòl (L322p Haelen),
gedragen door mensen vanaf 50 jaar in de winter
kammezool (L320a Ell),
kamizooltje (<fr.):
kammezeulke (L326p Grathem),
keurslijf:
kieërslijf (Q083p Bilzen),
knooplijfje:
met knopen
knōōpliefke (Q039p Hoensbroek),
lijf:
lewf (L420p Rotem),
lijfje:
lafkə (P222p Opheers),
lefkə (K358p Beringen, ...
P044p Zelem),
leifke (Q198b Oost-Maarland, ...
Q104p Wijk),
leifkə (L420p Rotem),
lejfke (L360p Bree),
lejfkə (L423p Stokkem),
lēͅfkə (P176p Sint-Truiden),
lĕfkə (K361a Boekt/Heikant),
leͅ`fkə (L352p Hechtel),
leͅfkə (P049p Donk (bij Herk-de-Stad), ...
P048p Halen,
P050p Herk-de-Stad,
P055p Kermt,
K353p Tessenderlo,
P174p Velm,
Q080p Vliermaal,
P044p Zelem),
leͅifkə (Q003p Genk, ...
Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
leͅjfkə (Q178p Val-Meer),
lie:fke (L265p Meijel),
liefje (Q121c Bleijerheide),
liefke (Q038p Amstenrade, ...
L269b Boekend,
Q035p Brunssum,
L290a Egchel,
L326p Grathem,
Q112a Heerlerheide,
Q039p Hoensbroek,
Q039p Hoensbroek,
Q015b Kerensheide,
Q111p Klimmen,
Q198a Mesch,
Q196p Mheer,
L368p Neeroeteren,
L312p Neerpelt,
L387p Posterholt,
L329p Roermond,
L266p Sevenum,
L378p Stevensweert,
L318b Tungelroy,
Q097p Ulestraten,
Q117a Waubach),
lifke (L434p Limbricht, ...
Q020p Sittard,
Q020p Sittard),
lifkə (L316p Kaulille),
lijfke (Q198p Eijsden, ...
Q095p Maastricht),
līēfke (Q098p Schimmert, ...
L378p Stevensweert),
līfkə (L317p Bocholt),
lyfke (Q193p Gronsveld),
lèfke (P176p Sint-Truiden),
léjfke (L360p Bree),
lɛfkə (K357p Paal),
[sic]
lēkə (K317p Leopoldsburg),
citaat informant: "als kind tot +-10 droegen wij een liefkem daarna gelukkig niet meer
liefke (L432p Susteren),
informant: bij kinderen
liefke (L290p Panningen),
informant: is van linnen
liefke (L287p Boeket/Heisterstraat),
informant: voor vrouwen
liefke (L332p Maasniel),
sleeptoon
lîefke (Q117a Waubach),
Uitsl. verkl.
liefke (L289p Weert),
onderjak:
ondǝrjak (Q255p Kelmis),
onderjakje:
ondərjeͅkskə (L360p Bree),
onderlijf:
onderlijf(ken) (K278p Lommel),
ondəRlai.f (Q162p Tongeren),
onnerlijf (Q180p Mal),
oͅndərlif (L360p Bree),
oͅnərlef (Q093p Rosmeer),
oͅnərlēv (Q170p Grote-Spouwen),
u:nərlif (L416p Opglabbeek),
unərlēͅf (Q076p Romershoven),
óngerlief (L432p Susteren),
ôôngerlief (L321p Neeritter),
onderlijfje:
onderlefke (P107a Rummen (WBD)),
ongerlifke (Q020p Sittard),
onərleifkə (Q086p Eigenbilzen),
oͅndərleͅfkə (Q156p Borgloon),
oͅndərlifkə (Q209p Teuven),
oͅnərleͅfkə (Q158p Riksingen),
óngerliefke (L318b Tungelroy),
onderstoep:
ongerstub (Q035p Brunssum),
oondersjtuub (Q204a Mechelen),
oͅndərštup (Q209p Teuven),
onderwambuis:
ondərwaməs (K318p Beverlo),
onnerwammes (P051p Lummen),
overwerpkiel:
uvverwerpkeel (Q211p Bocholtz),
slaaplijf:
slapleif (K278p Lommel),
slāpleͅif (K278p Lommel),
sloapli-jf (L360p Bree),
sloaplijf (L360p Bree),
sloplēͅf (Q071p Diepenbeek),
slōplēͅf (P218p Borlo),
sluopla.if (Q162p Tongeren),
sləplēͅf (K318p Beverlo),
sləpleͅf (K314p Kwaadmechelen),
stoep:
schtoep (Q204a Mechelen, ...
Q098p Schimmert),
sjtŏĕb (Q111p Klimmen),
sjtub (Q020p Sittard, ...
Q020p Sittard),
sjtup (Q035p Brunssum, ...
Q039p Hoensbroek,
L434p Limbricht,
Q099p Meerssen,
L433p Nieuwstadt,
L433p Nieuwstadt,
Q033p Oirsbeek,
Q033p Oirsbeek,
Q030p Schinveld,
Q015p Stein,
Q097p Ulestraten),
sjtuup (Q032a Puth),
sjtüp (Q111p Klimmen),
stup (Q018p Geulle, ...
L326p Grathem,
Q077p Hoeselt,
L432p Susteren),
stuûp (L360p Bree),
borstrok wordt veelal vervangen door een T-shirt
sjtuup (Q207p Epen),
Kort boerenbovenkleed.
schtoeb (Q101p Valkenburg),
nog gedragen bij koud weer
sjtoeb (Q111p Klimmen),
stoepje:
sjtupke (L430p Einighausen),
sjtuupke (L330p Herten (bij Roermond)),
sjtüpke (Q117a Waubach),
stoepke (L360p Bree),
stübke (Q032a Puth),
tabbaard:
Tabberd.
tabərt (K318p Beverlo),
tricot (fr.):
triko (Q013p Uikhoven),
wambuis:
wa(oͅ)məs (P054p Spalbeek),
waməs (K358p Beringen),
wawmes (Q020p Sittard),
wāməs (Q156p Borgloon),
wambuisje:
weimeske (L421p Dilsen),
weməskə (K361p Zolder),
weͅjməskə (L360p Bree),
wollen lijf:
wolle lief (Q032a Puth)
|
#NAME? || 1. borstrok || 2) borstrok voor vrouwen || borstrok || borstrok, onderkledingstuk dat over het hemd wordt gedragen || borstrok, onderkledingstuk dat over het hemd wordt gedragen [hemdrok, humperok, sjtoep, liefke, slaoplijf] [N 25 (1964)] || borstrok, warme onderkleding, gedragen over het hemd (borsrok, hemdrok, hemdsrok, hemsrok) [N 02 (1960)] || borstrok, warme wollen onderkleding || Borstrok. Is in uw dialect een algemeen woord bekend voor borstrok? Bedoeld wordt het warme kledingstuk dat over het hemd wordt gedragen? [DC 62 (1987)] || borstrok; trui in vestvorm met knopen, slagerstrui || destijds een borstrok die over het nachthemd gedragen werd || Een onder het werkhemd gedragen hemd om het zweet in op te vangen. [monogr.] || hemdrok || Ondergoed voor mannen. [DC 62 (1987)] || Vrouwenondergoed [ook: lingerie, linergie?] [N 114 (2002)] || warm onderkledingstuk, boven het hemd gedragen || wollen borstrok
II-4, III-1-3
|