21379 |
tiend |
<omschr.> afdragen aan het rijk:
aafdraage aa ’t rīēk (Q039p Hoensbroek),
belasting:
belasting (L266p Sevenum),
belastinge (L369p Kinrooi),
bəlasting (L426z Holtum),
de belasting (L429p Guttecoven, ...
Q101p Valkenburg),
ps. invuller heeft hierbij geen fonetische notering gegeven.
belastingen (P048p Halen),
ps. niet omgespeld!
bəlastingə (P107a Rummen),
ps. omgespeld volgens Frings.
bəlasteŋ (L316p Kaulille, ...
L372p Maaseik,
L372p Maaseik,
L355p Peer),
bəlastiŋ (Q009p Mechelen-aan-de-Maas, ...
P213p Niel-bij-St.-Truiden),
bəlastiŋə (P174p Velm),
bəlāsteŋ (L286p Hamont),
bəlāstəŋ (Q071p Diepenbeek),
bəla͂steŋə (P055p Kermt),
də bəlasteͅŋə (Q209p Teuven),
ps. omgespeld volgens Frings. Boven de "n"staat nog een ~; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen.
bəlastin~ (Q003a Oud-Waterschei),
ps. omgespeld volgens IPA.
bəlās’tiŋ (P186p Gelinden, ...
P197p Heers),
bəla͂steŋ (L314p Overpelt),
cijns:
sins (L331p Swalmen),
sinze (Q204a Mechelen),
contributie:
koͅntrəbøsi (K361p Zolder),
Opm. zo werd grondbelasting vroeger genoemd.
contributie (Q018p Geulle),
ps. omgespeld volgens Frings.
də koͅntrəby(3)̄šə (Q209p Teuven),
kontrəby(3)̄sə (Q156p Borgloon),
kontrəbysi (L422p Lanklaar),
kōntrəbysi (K278p Lommel),
koͅntrəbeͅjšə (Q002p Hasselt),
koͅntrəbysə (P107a Rummen),
koͅntərbusə (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
koͅntərbysə (P048p Halen),
koͅntərbytə (Q012p Rekem),
de halve schoor:
Opm. dit kan bijvoorbeeld de helft van de opbrengst zijn, zo genoemd!
de hawf sjaor (Q111p Klimmen),
fractie:
Opm. bijv. prijs van bijvoorbeeld 20 kg. rogge werd om St. Andries bekend.
fractie (L294p Neer),
grondbelasting:
ps. omgespeld volgens Frings.
grontbəlasteŋ (L317p Bocholt),
grundbəlastiŋ (L420p Rotem),
grondlasten:
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).
groondlaste (Q113a Welten),
koekoeksheffing:
Opm. sinds kort.
koekoeksheffing (L290a Egchel),
kwaad geld:
ps. omgespeld volgens Frings.
kot geͅlt (Q003a Oud-Waterschei),
last:
ps. omgespeld volgens Frings.
las (Q093p Rosmeer),
last (Q004p Gelieren/Bret),
lasten:
ps. omgespeld volgens Frings.
lastə (P050p Herk-de-Stad),
levering:
ps. omgespeld volgens Frings.
ei̯n lēvəreŋ (P055p Kermt),
pacht:
de pacht (L329p Roermond),
ps. omgespeld volgens Frings.
pax (Q096d Smeermaas),
ps. omgespeld volgens IPA.
paxt (L420p Rotem),
rent:
ps. omgespeld volgens Frings.
reͅintə (Q078p Wellen),
reͅnt (Q077p Hoeselt, ...
Q093p Rosmeer),
schat:
Opm. (zie laatste pagina): zij, die aangeslagen waren in de belasting en "dr sjat"moesten betalen, hadden stemrecht. Er was een rijks- en een gemeentebelasting (aldus de zegsman).
d’r sjat (Q111p Klimmen),
Opm. als vroeger iemand een stuk land pachtte, was daarbij vaak ingesloten, dat de pachter ook grondbelasting ("de sjat") van dat land betaalde.
de sjat (Q033p Oirsbeek),
schats:
(= de "schatting").
d’r sjats (Q121c Bleijerheide),
taks (<fr.):
ps. omgespeld volgens Frings.
dən taks (Q002p Hasselt),
tien:
tièn (Q098p Schimmert),
tiende:
de tiend (L295p Baarlo, ...
L326p Grathem,
Q113p Heerlen),
de tieënd (Q039p Hoensbroek),
de tiènde (L427p Obbicht),
de tīēnd (L269p Blerick),
taindj (L325p Horn),
teende (Q033p Oirsbeek),
teendj (L333p Asenray/Maalbroek),
teenj (L429p Guttecoven),
teentj (L385p Sint-Odiliënberg),
tĕĕndje (L322a Nunhem),
te͂nde (Q032a Puth),
tieendj (Q027p Doenrade, ...
L381p Echt/Gebroek),
tieentj (L328p Heel),
tiejent (L267p Maasbree),
tiejnde (Q118p Schaesberg),
tiend (L250p Arcen, ...
L381p Echt/Gebroek,
L165p Heijen,
L211p Leunen,
L209p Merselo,
L159a Middelaar,
L382p Montfort,
L216p Oirlo,
L246a Swolgen,
L210p Venray),
tiende (Q014p Urmond),
tiendje (L289p Weert),
tient (Q035p Brunssum),
tieênd (Q103p Berg-en-Terblijt),
tieën (Q113p Heerlen),
tieënde (Q203p Gulpen),
tiēnd (L295p Baarlo),
tiĕĕnj (Q030p Schinveld),
tind (L248p Lottum),
tiènd (L269p Blerick),
tièndj (L377p Maasbracht),
tiënd (L300p Beesel, ...
L249p Grubbenvorst),
tīēnd (L191p Afferden, ...
L296p Steyl),
tĭĕnd (L213p Well),
tĭĕnt (L217p Meerlo),
tunj (Q020p Sittard),
tènd (L215p Blitterswijck),
téĕndj (L378p Stevensweert),
tênd (L288p Nederweert),
tênde (Q196p Mheer),
tîênde (Q032a Puth),
⁄t tīēnd (L163a Milsbeek, ...
L163p Ottersum),
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssysteem Veldeke, maar met een vraagteken erachter; de lijst is gewoon in het "Nederlands"ingevuld en heb het daarom maar letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
tieënd (Q097p Ulestraten),
met lengteteken op de a
tänd (L215a Wellerlooi),
Opm. door pastoor. Vroeger: tiende schoeèf koren.
tienden (L353p Eksel),
Opm. koren, turf, enz. (gaf men voor armen).
tiend (L265p Meijel),
Opm. oudste van de zegslieden stond niet in voor de originaliteit van dit woord.
de tiend (L428p Born),
Opm. tiendschuur om t tiend ôp te slaon.
en tiend (L216p Oirlo),
Opm. uitspraak als in Echt.
tèinjd (L330p Herten (bij Roermond)),
Opm. vruchten die door de pachters werden betaald en opgestapeld in tieënde sjeur.
⁄t tieënd (L321p Neeritter),
ps. invuller heeft geen spellingssyteem genoteerd, dus letterlijk overgenomen (niet(s) omgespeld!).
tīēnde (Q117a Waubach),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
de tīēānden (Q028p Jabeek),
ps. letterlijk overgenomen (dus niet(s) omgespeld!).
de tiend (Q098p Schimmert),
ps. omgespeld volgens Frings.
de tində (K278p Lommel),
də tīnt (L422p Lanklaar),
tindəs (L420p Rotem),
tiəndə (L416p Opglabbeek),
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje heb ik letterlijk overgenomen.
⁄tindəs (L312p Neerpelt),
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje vóór de \\ heb ik geïnterpreteerd als een "glottishslag".
də tindʔə (L368b Waterloos),
ps. omgespeld volgens IPA.
tīənj (L420p Rotem),
tīənjə (L420p Rotem),
ps. stoottoon.
de t‧eende (L332p Maasniel),
tiender:
tsiender (Q116p Simpelveld),
tiendpenning:
de tiendpenning (Q095p Maastricht),
tiendschuur:
de tiendschuur (Q095p Maastricht),
Opm. (zie laatste pagina): de som die van de opbrengst aan het land aan de belastingen moest worden afgestaan, heeft geen bepaalde naam. Wel was er hiervan sprake: dit is een bergplaats waar al de goederen werden opgestapeld.
tensxy(3)̄r (Q156p Borgloon),
Opm. alleen dit woord bestaat nog: (waar de tienden werden opgeslagen).
tièènzjuur (Q014p Urmond),
Opm. heel vroeger was dat de tiende, vandaar ook nog de "tiend schuur".
tiend schuur (Q098p Schimmert)
|
tiend [SGV (1914)] || tiende: Datgene wat, in natura of geld, aan de belasting moet worden afgestaan van de opbrengst van het land [de tiend?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|