e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
vits beetje, een weinig:   vets (Diepenbeek, ... ), veͅts (Niel-bij-St.-Truiden, ... ), véts (Sint-Truiden), (vètske-vètse). Vb. doa kloptj gein vèts van! (daar klopt niets (geen draad) van!).  vèts (Tungelroy), Vb. - daar gaat geen veds vanaf (prijs). - daar verstaan ik geen veds van.  veͅts (Meeswijk), Vb. - hij heeft geen vets verstand (niets). - geen vets garen meer hebben. - daar was geen vets van aan (niets van waar).  vɛts (Meeuwen), dot pluizen of haren:   vets (Maastricht), erwten- of bonenranken: rank ve boon of erwt  veds (Genk), garde:   viets (Simpelveld), vietse (Kerkrade), vitsj (Meerssen), (geen onderscheid tussen antwoord van vraag 34 en 35).  viets (Ubachsberg), cf. WNT s.v. "vitse (I) - vits"(zie ook mandenmaker WBD)  viets (Gulpen), hevige slag:   vets (Jeuk), koot:   ve.tš (Moresnet), vetš (Geulle), lange dunne boom:   een viets (Hoensbroek), wiets (Blerick, ... ), ideosyncr.  witsj (Susteren), WLD  ’n wits (Posterholt), lange dunne tak:   vi.ts v. (Eys), viest (Heerlerbaan/Kaumer), wiets (Horst, ... ), (lat. vitis de vitis was het waardigheidsteken in het Rom. leger, evenals de latere korporaalstok en de maarschalkstaf.  vîts (Valkenburg), ?  wits (Reuver), ideosyncr.  wits (Oirsbeek, ... ), Veldeke  viets (Waubach), WBD-WLD  wits (Roermond), WLD  vietch (Vijlen), wits (Posterholt, ... ), priem:   fets (Stokkem), slag: Ww. oòfgevits.  vits (Kortessem), stok of twijg om een kind te straffen:   viets (Kerkrade, ... ), vĭĕts (Voerendaal), (dun).  viets (Waubach), (geen onderscheid tussen antwoord van vraag 34 en 35).  de viets (Ubachsberg), vgl. "vitsen"= met een roede slaan  vits (Hasselt), tak (alg.): eigen fon. aanduidingen  wits (Ell), WBD/WLD  wits (Lutterade), teellid:   vetš (Hombourg), twijg, jonge tak:   n wits (Montfort), vi.ts v. (Eys), viets (Bleijerheide, ... ), wits (Geleen, ... ), witsch (Amby), witsj (Schinnen), ’n wiets (Blerick, ... ), #NAME?  vĭĕtsj (Klimmen), eigen fon. aanduidingen  wits (Ell), eigen spellingsysteem  wiets (Schinnen), etym. (e.d.), zie boek  vits (Zonhoven), véts (Zonhoven), gezegd van wilgentakken die men voor mandenmaken gebruikt  wits (Stein), ideosyncr.  wits (Vlodrop), witsj (Sittard), Veldeke  wits (Haelen), Venlo e.o.  wits (Maasbree), WBD / WLD  wits (Reuver), WBD/WLD  wits (Kapel-in-t-Zand), WBD\\WLD  wīēts (Amstenrade), WLD  wiets (Mheer), wits (Born, ... ), witsj (Itteren), wìets (Hulsberg), WLD (De o is niet voldoende gedifferentiëerd; vandaar soms o met nasaleringsteken)  wits (Haelen), wilg (alg.): (- sjtroek, - baum).  witse (Herten (bij Roermond)), (soorten wilgen).  witse (Maasniel), -  wits (Herten (bij Roermond)), 1.)  wits (Sittard), jonge aanplant van wilgen  witse (Heythuysen), kruipwilg  witse (Beegden), van die wilgen in Hilvarenbeek: 80 variaties.  witse (Maasniel), WLD = wilg  witse (Posterholt), wilgenteen:   een viets (Hoensbroek), viets (Heerlerbaan/Kaumer, ... ), vietse (Heerlerbaan/Kaumer), wiets (Blerick, ... ), wietsj (Wijlre), wits (Echt, ... ), witsch (Amby, ... ), witse (Lutterade), witsen (Heythuysen), witsj (Schinnen), wĭets (Valkenburg, ... ), wĭĕts (Sittard), wítse (Herten (bij Roermond)), #NAME?  vĭĕtsj (Klimmen), eigen fon. aanduidingen  wits (Ell), eigen spellingsysteem  wiets (Schinnen), witsj (Geleen), ideosyncr.  viets (Kerkrade), wits (Sittard, ... ), Veldeke  ’n wietsj (Klimmen), Veldeke / eventueel aangevuld met systeem Jones (of zijn hier 2 afzonderlijke woorden sjtek en viets bedoeld ?)  (sjtek) viets (Gulpen), WBD-WLD  wits (Roermond), WBD/WLD  eīn wits (Grevenbicht/Papenhoven), wits (Kapel-in-t-Zand, ... ), witsj (Susteren), wĭĕts (Heerlen), WBD\\WLD  wīēts (Amstenrade), WLD  wiets (Hulsberg, ... ), wietsj (Wijnandsrade), wits (Doenrade, ... ), witsj (Itteren), wièts (Schinnen), wītsje (Itteren), wĭĕts (Sweikhuizen), wìts (Born), WLD (De o is niet voldoende gedifferentiëerd; vandaar soms –)  wits (Haelen), WLD ook wel als zweep gebruikt!  viets (Ubachsberg), ± WLD  wĭĕtsj (Klimmen), wis:   vets (Hasselt), zwak en mager persoon:   n wits (Maasbree) I-7, I-9, II-12, III-1-1, III-1-2, III-2-2, III-4-3, III-4-4