e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L420p plaats=Rotem

Overzicht

Gevonden: 3443
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zwak, slap zwak: Niet sterk, ongezond.  zwaak (Rotem) Zwak (uitspraak en bet). [ZND 08 (1925)] III-1-1
zwart pak colbert (fr.): koͅlbēr (Rotem) pak, zwart ~, bestaande uit korte jas, vest en gestreepte broek [N 23 (1964)] III-1-3
zwartbonte koe bonte koe: buntǝ [koe] (Rotem), zwartbonte: zwartbuntǝ (Rotem) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 126] I-11
zwarte bes sint-jansberen: verzamelfiche, ook mat. van ZND01, u en ZND02, 4  sent-jansbīr (Rotem) zwarte aalbes [ZND 01 (1922)] I-7
zwarte bladluis bladluis: blaadloes (Rotem), blātlyu̯s (Rotem) bladluis (zoals bijv. de zwarte tuinbonenluis) [himmelzoad, meelow, melde, smeelje] [N 26 (1964)] III-4-2
zwarte gebreide dameskous hoos: ūəzə (Rotem) dameskousen, zwarte gebreide ~ [N 24 (1964)] III-1-3
zwarte gevederde muts met kinbanden platenmuts?: [sic] - vgl. WBD III, 1.3: platte muts?  plaotə møͅts (Rotem) muts, zwarte gevederde ~ met kinbanden, meestal door oudere vrouwen gedragen {afb} [kernet] [N 25 (1964)] III-1-3
zwarte koe moor: mōr (Rotem), mōǝr (Rotem) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 129] I-11
zwarte koe met geheel witte kop witkop: wetkǫp (Rotem) [N 3A, 130a] I-11
zwarte koe met witte kop en zwarte vlekken om de ogen witkop: wetkǫp (Rotem) [N 3A, 130b] I-11