e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L210p plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wilgenkatje katje: -  ketje (Venray), Veldeke 1979, nr. 1  ’t ketje (Venray), miesje: mieske (Venray), meest voorkomend  mieske (Venray), WLD  mieske (Venray), rattenstaart: rattestárt (Venray) De aarachtige bloeiwijze van sommige bomen, katje (kat, katje, poeske, prop, stop, knop). [N 82 (1981)] || katje ve in bloei staande notenboom || wilg, bloeiwijze van [DC 68 (1993)] || wilgenkatje III-4-3
wilgensoorten roodwilg: -  rotwilg (Venray) wilg (Salix) [DC 28 (1956)] III-4-3
wilgenteen wis: WLD  wis (Venray) De tak, wijg van een wilg (wis, poot, sliet). [N 82 (1981)] III-4-3
willen willen: wille (Venray, ... ) willen [SGV (1914)] || willen (geen context) [DC 38 (1964)] III-1-4
wimpel wimpel: wimpel (Venray, ... ) een lange smalle vlag [wimpel, vleugel] [N 90 (1982)] III-3-1
wimper oogvlim: ōchflim (Venray) wimper [DC 01 (1931)] III-1-1
wind scheet: scheet (Venray, ... ), wind: wiend (Venray), windje: wientje (Venray) Wind: ontsnappende darmgassen, een buikwind (scheet, veest, poepje, wind). [N 84 (1981)] III-1-1
wind (alg.) waai: waej (Venray), wind: wĭĕnd (Venray), (verkleinwoord: wiendje; meervoud: wiende).  wiend (Venray) wind [SGV (1914)] III-4-4
winddroog winddroog: wint˱dryǝx (Venray) Gezegd van metselstenen die aan de oppervlakte droog en inwendig nat zijn. Zie ook de toelichting bij het lemma 'Metselstenen bevochtigen'. [N 31, 13b] II-9
winderig weer boesachtig: buzɛ:xtiy (Venray), het boest: het bôest (Venray), ruw (weer): row waer (Venray), winderig (weer): wiendereg (Venray), windərəy (Venray), wĭĕndrig (Venray) koud, nat en winderig || winderig [SGV (1914)] || winderig weer [zuchtig] [N 22 (1963)] || winderig, gezegd van het weer [zuchtig] [N 81 (1980)] III-4-4