e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Baarlo

Overzicht

Gevonden: 4283
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ampullen ampullen (<lat.): ampulle (Baarlo), ampøͅlə (Baarlo), pullen (<lat.): pøͅlə (Baarlo) Het water- en het wijnkannetje die in de mis gebruikt worden, ampullen [pölle?]. [N 96B (1989)] III-3-3
andijvie andijvie: andivie (Baarlo) [DC 69 (1994)] I-7
angelusklok angelusklokje: aŋəløskløͅkskə (Baarlo, ... ), klimpklokje: klempkløͅkskə (Baarlo, ... ) De kleine klok waarmee het angelus wordt/werd geluid. [N 96A (1989)] || Het afzonderlijk torentje waarin de angelusklok hangt [angelustorentje?]. [N 96A (1989)] III-3-3
angelustorentje klein torentje: kleͅin tø͂ͅrkə (Baarlo), kleͅin tøͅrkə (Baarlo) Het afzonderlijk torentje waarin de angelusklok hangt [angelustorentje?]. [N 96A (1989)] III-3-3
angst angst: engs (Baarlo) angst [SGV (1914)] III-1-4
anjelier flet: flette (Baarlo) [DC 17 (1949)] I-7
anjer, anjelier (dianthus caryophyllus l.) nagelbloem: -  nagelbloom (Baarlo), violet: -  flette (Baarlo) tuinanjer [DC 17 (1949)], [SGV (1914)] III-2-1
anker anker: anker (Baarlo), aŋkǝr (Baarlo) anker [SGV (1914)] || Stuk ijzer dat wordt gebruikt om muren, vloeren, gordingen etc. met elkaar te verbinden. Het is gewoonlijk samengesteld uit een schieter en een veer. De schieter vormt het metalen onderdeel aan de buitenzijde van de muur en bestaat uit een metalen staaf die in het midden een nok heeft. De veer brengt de verbinding tussen schieter en muur of vloer tot stand. Schieter en veer kunnen met behulp van één of meer spieën aan elkaar worden bevestigd. Zie ook afb. 72. De woordtypen 'strijkanker', 'trekanker' en 'strekanker' worden specifiek gebruikt voor een anker waarvan de veer in de dwarsrichting over twee of drie balken ligt. Het dient om muren te verankeren die evenwijdig lopen met de balklaag. [N 31, 38; N 4A, 51b; N 54, 123b; N 54, 124a; N 54, 126; monogr.] II-9, III-3-1
appelbol appelenbol: Syst. WBD  appellebaol (Baarlo) Appelbol (krollebol, kokkerebol, kollemol, zomerbroodje, appelbol, appelbroodje, ballebuuze?) [N 16 (1962)] III-2-3
appelboom appelboompje: Vraag: "appelboomjes", diminutief gelaten; enkelvoud opgenomen  appelbūmke (Baarlo) [DC 03 (1934)] I-7