| 19485 |
lampenpit |
wiek:
wēk (Q203p Gulpen)
|
lampepit [SGV (1914)]
III-2-1
|
| 18164 |
lancet |
lancet:
lancet (Q203p Gulpen)
|
Lancet: plat mesje met fijne punt en zeer scherpe snede, in de chirurgie gebruikt (vlim). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
| 21145 |
landauer |
landauer:
landauer (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen,
Q203p Gulpen)
|
een vierwielig rijtuig voor vier personen met afzonderlijke beweegbare voor- en achterkap [landauer] [N 90 (1982)] || Vierwielig rijtuig voor vier personen met afzonderlijk neerklapbare voor- en achterkap. Tegenwoordig wordt het nog wel eens als bruidswagen gebruikt. De koetsier heeft een aparte bok. [N 101, 13; N G, 51; L 27, 33; monogr.]
I-13, III-3-1
|
| 33640 |
landerijen |
goed:
gōt (Q203p Gulpen),
land:
lant (Q203p Gulpen)
|
Het geheel van bebouwde akkers, weilanden en velden, behorend bij een boerderij. [N 6, 33a; N 5A, 76d; A 10, 3; A 11, 4; A 20, 1b; JG 1b, 1d; L 37, 11a; L 38, 23; L 44, 27; Vld.; monogr.]
I-8
|
| 32822 |
landrol |
wel:
wɛl (Q203p Gulpen)
|
De vroeger houten, later ijzeren rol om aard-kluiten van geploegd land te breken, de akker vlak te maken, het zaad in de aarde vast te drukken, enz. Zie afb. 81 en 82. [JG 1a + 1b; N 11, 86; N 11A, 183 + 185; N J, 10 add.; N P, 20 add.; A 40, 9; monogr.]
I-2
|
| 24917 |
landstreek |
contrei:
contrei (Q203p Gulpen),
streek:
sjtrieëk (Q203p Gulpen),
éngestrieék (Q203p Gulpen)
|
landstreek, gebied dat door bijv. tradities, landschap, taal enz een zekere eenheid vormt [contrei, streek, strom] [N 81 (1980)] || streek (in deze ~) [SGV (1914)]
III-4-4
|
| 24645 |
lange dunne boom |
spaanse juffer:
WLD
spaanse juffer (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen)
|
Een lange dunne boom (zwiemel). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
| 24733 |
lange dunne tak |
gard:
geët (Q203p Gulpen),
Veldeke / eventueel aangevuld met systeem Jones
geëd (Q203p Gulpen),
WLD
gêêt (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen)
|
Een lange dunne tak (geert) [N 82 (1981)]
III-4-3
|
| 17610 |
lange neus |
gevel:
gieëvel (Q203p Gulpen),
lange neus:
en lang naas (Q203p Gulpen)
|
neus, Een lange ~ (fokker, domphoren, vonk). [N 84 (1981)]
III-1-1
|
| 24906 |
lange tijd |
eeuwigheid:
en eeuwigheid (Q203p Gulpen),
toer:
toer (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen)
|
een lange tijdsruimte [toer] [N 91 (1982)]
III-4-4
|