| 18565 |
zakintast |
tassensteek:
tessesteek (Q095p Maastricht)
|
de zakintast (insteek, inkeker, intast?) [N 59 (1973)]
III-1-3
|
| 18527 |
zakje net boven de buitenzak |
spaartasje:
spoorteske (Q095p Maastricht)
|
een zakje net boven de buitenzak (smokkelzakje, spoorzakje etc.) [N 59 (1973)]
III-1-3
|
| 28839 |
zakkenvoering |
keper:
kēpǝr (Q095p Maastricht),
pocketing:
pocketing (Q095p Maastricht)
|
Voering van de zakken. In de regel een dicht geweven, soepele stof van katoen of een mengsel van katoen en synthetische garens. Ook gebruikt men katoenen voering in keperbinding. [N 59, 120; Gi 1.IV, 27]
II-7
|
| 26644 |
zakkenwagentje |
steekwageltje:
štē.kwē.gǝlkǝ (Q095p Maastricht),
zakkenwageltje:
zakǝwē.gǝlkǝ (Q095p Maastricht)
|
Handwagentje waarmee zakken in de molen verplaatst kunnen worden. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel ømolenŋ- het lemma ɛmolenɛ.' [Jan 258; Coe 239; Grof 257]
II-3
|
| 23226 |
zalig |
zalig:
zaoleg (Q095p Maastricht),
zaolig (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
zōͅləch nøͅjaor (Q095p Maastricht),
oe zoals in soeur
zōͅleͅch noeijaor (Q095p Maastricht)
|
Zalig (of Gelukkig, enz.) Nieuwjaar! [ZND 05 (1924)] || Zalig, gelukzalig [zaalig, zaolig, zeelig]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 24070 |
zaliger gedachtenis |
... zaliger:
pa zaoleger (Q095p Maastricht),
... zaliger gedachtenis:
zaoliger gedachtenis (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht)
|
Zaliger gedachtenis (vader/moeder/..). [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 23915 |
zaligheid |
zaligheid:
zaolegheid (Q095p Maastricht),
zaoligheid (Q095p Maastricht),
zaoligheit (Q095p Maastricht)
|
Zaligheid. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 19436 |
zand strooien |
strooien:
streue (Q095p Maastricht),
stroie of strouie (Q095p Maastricht),
struije (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht)
|
Het strooien van wit zand op de vloer (strooien, strooiselen, opzanden) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
| 33678 |
zand, zandgrond |
zand:
zant (Q095p Maastricht),
zānt (Q095p Maastricht),
zandgrond:
zāntgront (Q095p Maastricht)
|
Zand is steenstof, een geologische formatie die uit losse, fijne korrels kwarts en glimmer bestaat. Zandgrond is de grondsoort die uit zand bestaat, en is lichte, niet zoʔn vruchtbare grond. Zavel bestaat voornamelijk uit zand met wat lichte klei. [N 27, 40; Wi 52; S 45; L 7, 61a; L 8, 103; N 11, 2f add.; N 18, add.; A 10, 4; Vld.; monogr.]
I-8
|
| 29682 |
zandbak |
zandbak:
zant˱bak (Q095p Maastricht),
zānt˱bak (Q095p Maastricht)
|
Bak waarin een voorraad zand voor het zanden van de vormen werd opgeslagen. [N 98, 81; monogr.]
II-8
|