e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L415p plaats=Opoeteren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jonge gans jonge gans: joŋ ans (Opoeteren), joŋ gau̯s (Opoeteren), juŋ gans (Opoeteren) De benamingen in dit lemma duiden in het algemeen op een jonge gans. In vraag A 6, 5c werd gevraagd naar de dialectbenamingen voor "pasgeboren ganzen". De antwoorden zijn ook in dit lemma opgenomen. Hierdoor komen er onder andere (-)kuiken-opgaven voor. [L 34, 15; JG 1a; A 6, 5c; A 2, 42; monogr.] I-12
jonge kip pul: pęl (Opoeteren) Bedoeld wordt de jonge kip die bijna aan de leg is of net legt. [N 19, 40d; R 14, 23b; R 3, 39; A6, 1b; JG 1a, 1b; L 1a-m; Gwn; Vld.; S 27, add.; monogr.] I-12
jongen jong: jong (Opoeteren, ... ) jongen (knaap) [ZND 01 (1922)] || jongen; een lamme - [ZND 29 (1938)] III-2-2
jongen met wie men verloofd is aanstaande: aanstaande  aanstoanzje (Opoeteren) verloofde III-2-2
jongste kind bedorven kindje: bedorve kindje (Opoeteren), kindje: kientje (Opoeteren), kleinste kindje: kleinste kiendje (Opoeteren), pannenschrapsel: figuurlijk, volkse benaming  pannesjrapsel (Opoeteren), scharketeltje: charkietelke (Opoeteren), sjarkiêtelke (Opoeteren) bijnaam voor de laatste uit een rij kinderen || jongste kind; hoe heet het jongste kind van het gezin? [ZND 36 (1941)] || laatstgeborene III-2-2
jood jood: eine joed, twieë joeden (Opoeteren, ... ) Een jood, twee joden, [ZND 27 1938)] || Een jood, twee joden. [ZND 27 1938)] III-3-1, III-3-3
judas judas: eine judas (Opoeteren) Een Judas (uitspraak van j als in ja? of zj als in Frans Jean?). [ZND 27 (1938)] III-3-3
juffrouw juffrouw: juffruiw (Opoeteren) juffrouw [ZND 27 (1938)] III-3-1
jurk kleed: ei blauw kleit (Opoeteren), katune kleid (Opoeteren), ketoene kleidt (Opoeteren), kleͅit (Opoeteren) blauw kleed [ZND 32 (1939)] || Een katoenen kleed. [ZND 41 (1943)] || kleed [ZND A2 (1940sq)] III-1-3
jus, vleesnat jus: jus (Opoeteren) vleesnat, jus [ZND 36 (1941)] III-2-3