e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Weert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huurhuis huurhuis: heurhoes (Weert, ... ) huurhuis [SGV (1914)], [ZND 27 (1938)] III-2-1
huwelijk trouw, de -: trouw (Weert), trouwerij: trouweri-jè (Weert) de plechtigheid waarbij het samenleven van een man en een vrouw wettelijk geregeld wordt [huwelijk, trouw, trouwerij] [N 87 (1981)] III-2-2
huwelijksafkondigingen roepen: reup (Weert), roop (Weert) De huwelijksafkondigingen, huwelijksgeboden, de "roepen", de "geboden". [N 96D (1989)] III-3-3
huwelijksmis bruidsmis: broeedsmes (Weert), trouwmis: trouwmes (Weert) De huwelijksmis, bruidsmis [broedsmaes]. [N 96D (1989)] III-3-3
hypotheek hypotheek: hiepetieek (Weert) de geldsom die verstrekt wordt op een onderpand bestaande uit bijv. onroerend goed [hypotheek, rippeteek] [N 89 (1982)] III-3-1
iemand graag mogen gaarne hebben: gaer hebbe (Weert), gaarne te doen hebben met: gaer te doen hebbe (Weert), goed kunnen lijden: good kunne li-j (Weert), staan op: stoan hebbe op (Weert) iemand graag mogen [bestaan op, lijden, zetten] [N 85 (1981)] III-3-1
iemand hinderen ophouden: ophoaje (Weert), tegenhouden: tiegenhoaje (Weert), vervelen: vervaele (Weert) iemand beletten zijn werk uit te voeren [mishandelen, verhinderen] [N 85 (1981)] || iemand bij zijn werk storen of ophouden [plagen, steken, hinderen] [N 85 (1981)] III-1-4
iemand iets op het hart drukken de wacht aanzeggen: de wacht aanzegke (Weert) iemand iets met nadruk aanbevelen opdat hij het niet vergeten of verzuimen zal [de wacht aanzeggen, bokstapelen] [N 85 (1981)] III-1-4
iemand iets verwijten de waarheid zeggen: de waorheid zegke (Weert), verwijten: verwieete (Weert) iemand wijzen op een schuld of tekortkoming, of hem daarmee belasten [voorstoten, voorschieten, verwijten] [N 85 (1981)] III-1-4
iemand kwaad maken giftig maken: giftig make (Weert), opnaaien: opnaeje (Weert), titsen: titse (Weert) iemand kwaad maken [tirtsen] [N 85 (1981)] III-1-4