e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
slijpen de zaagtanden vijlen:   slęjpǝ (Bilzen, ... ), slīpǝ (Dilsen, ... ), šlīfǝ (Bleijerheide), šlīpǝ (Heel, ... ), een beitel slijpen:   slē̜pǝ (Diepenbeek, ... ), slē̜ǝpǝ (Leopoldsburg), slęjpǝ (Bilzen, ... ), slīpǝ (Dilsen, ... ), šlī.pǝ (Tegelen), šlīfǝ (Bleijerheide), šlīpǝ (Heel, ... ), pompen van de meikever: WBD/WLD  sjlīēpə (Susteren), scherpen:   slajpǝ (Tongeren), slęǝpǝ (Alken, ... ), slī.pǝ (Maastricht), slijpen:   sli.pǝ (Maasbree), slipǝ (Ottersum), šlīfǝ (Kerkrade), šlīpǝ (Gulpen, ... ), slippen:   (de band) šlīft (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Zwartberg, Waterschei]), šlīfǝ (Bleijerheide  [(Domaniale)]  , ... [Domaniale]  [Domaniale]), taaien: Add. van J.M. Ernon, informant voor s-Gravenvoeren (Q 200).  sjliepe (Teuven), urineren:   schliepe (Nieuwenhagen), wetten met de strekel, strijken:   slei̯.pǝn (Rotem), sli.pǝn (Dilsen, ... ), slii̯.pǝ (Maaseik), slē.pǝ (Mopertingen, ... ), slē̜.pǝ (Berbroek, ... ), slē̜pǝ (Brustem, ... ), slē̜ǝ.pǝ (Alken, ... ), slē̜ǝpǝ (Borlo), slęi̯.pǝ (Bilzen, ... ), slī.pǝ (Boorsem, ... ), slīpǝ (Vroenhoven), wetten met de wetsteen:   slai̯.pǝ ('S-Herenelderen, ... ), sli.pǝ (Eisden, ... ), slē.pǝ (Grote-Spouwen, ... ), slēpǝ (Herderen), slē̜.pǝ (Berbroek, ... ), slē̜pǝ (Aalst, ... ), slē̜ǝ.pǝ (Alken, ... ), slē̜ǝpǝ (Borlo), slęi̯.pǝ (Bilzen, ... ), slī.pǝ (Boorsem, ... ), slīpǝ (Maasbracht, ... ), sl˙īpǝ (Stokkem), šlīpǝ (Meerssen) I-3, II-12, II-3, II-4, II-5, II-9, III-1-1, III-3-2, III-4-2
slijper pantoffel:   slijpers (Ellikom), slijpstaal:   slē̜pǝr (Nieuwerkerken), strekel, wetstok:   slipǝr (Grathem), slipǝrt (Oost-Maarland) I-3, II-1, III-1-3
slijperig stiekem:   slipərech (Halen), ook materiaal znd 1u, 65  slipəreͅx (Halen) III-1-4
slijpgerei slijpstaal:   slɛjpgǝręj (Maaseik) II-1
slijphoorn slijpbus, hoorn:   šlīphø̄r (Klimmen), šlīphōrǝ (Heer, ... ), šlīǝphørǝ (Hoensbroek) I-3
slijpijzer slijpstaal:   slipizǝr (Neerharen) II-1
slijpkei wetsteen:   slīpkęi̯ (Maasmechelen) I-3
slijplak flatting:   šlīplak (Gulpen, ... ) II-9
slijplat cementen strekel:   slī.plat (Ophoven), strekel, wetstok:   sliplat (Neerharen) I-3
slijpmachine slijpmachine:   šlīfmašiŋ (Kerkrade  [(om beitels te slijpen)]  ) II-11